Nog altijd pensioen voor 57 jaar bij leger en spoor

door
Belga
Leestijd 1 min.

De pensioenleeftijd voor het treinpersoneel en de militairen blijft volgend jaar op respectievelijk 55 en 56 jaar. De afbouw van de gunstregimes in de ambtenarenpensioenen gaat namelijk toch niet in vanaf volgend jaar, zo blijkt uit de beleidsnota voor 2018 van minister van Pensioenen Daniel Bacquelaine (MR), waarover De Tijd en L'Echo vandaag berichten. Nu kunnen treinbestuurders en -begeleiders nog op hun 55ste met pensioen als ze minstens 30 jaar hebben gewerkt. Militairen kunnen op 56 jaar stoppen. De regering had aanvankelijk vastgelegd dat die leeftijdsvoorwaarde volgend jaar naar 57 jaar zou stijgen. In de daaropvolgende jaren zou daar telkens een half jaar bijkomen.

Die verhoging gaat voorlopig echter niet door. In tegenstelling tot de privésector, waar het overleg mislukte, zijn de gesprekken tussen de regering en de overheidsbonden over de invulling van de zware beroepen nog altijd aan de gang. Door te wachten met de verstrenging hoopt Bacquelaine goodwill te creëren bij de bonden. Pas als de lijst met zware beroepen definitief is, treedt de geleidelijke verhoging van de pensioenleeftijd in werking. Naar verwachting is dat begin 2019.

Luc Hamelinck, voorzitter van ACV Openbare Diensten, noemt het uitstel een goede beslissing. "Door eerst vast te leggen welk beroep zwaar is en pas dan de leeftijdsgrenzen te verhogen, wordt zekerheid gegeven aan de militairen en aan het treinpersoneel."

bron: Belga