Oppositie wil verblijf van kinderen na scheiding aanpassen aan gewijzigde samenleving

door
Belga
Leestijd 2 min.

De regering moet een inventaris maken van de problemen die opduiken rond het verblijf van kinderen na een echtscheiding en een actieplan uitdokteren dat komaf maakt met ongelijkheden. Dat staat in een resolutie van sp.a, die mee werd ondertekend door PS, cdH en Ecolo-Groen. De oppositiepartijen willen in het bijzonder de problemen aanpakken die ontstaan bij een co-ouderschap. De echtscheidingswet van 2006 bepaalt dat de rechtbank bij voorrang het gelijkmatig verdeeld verblijf van de kinderen bij elk van de ouders moet onderzoeken. De kinderen hebben in dat geval echter slechts één officiële domicilie, wat juridische en praktische problemen met zich mee kan brengen.

Op fiscaal vlak zijn er weliswaar aanpassingen doorgevoerd, maar blijven ook nog knelpunten bestaan. De fiscale aftrek van onderhoudsbijdragen wordt niet toegestaan voor de ouders bij wie de kinderen niet gedomicilieerd zijn. Op het vlak van onroerende voorheffing geldt de vermindering voor kinderen ten laste enkel voor de ouder bij wie de kinderen hun domicilie hebben. Op de elektronische identiteitskaart staan enkel het adres van de ouder waar het kind gedomicilieerd is. De kinderbijslag wordt enkel uitgekeerd aan die ouder en niet aan de andere. En zo voeren de partijen nog verschillende mankementen aan.

Er werden al eerder mogelijke oplossingen naar voren geschoven. Zo schoof sp.a in 2008 een automatische domiciliëring op de adressen van beide ouders naar voren. De Raad van State waarschuwde evenwel voor het risico op juridische onzekerheid. De resolutie vraagt de regering daarom een overzicht te maken van de moeilijkheden die in de praktijk optreden.

De toename van het aantal echtscheidingen vormt een brede realiteit. Elk jaar scheiden ongeveer 25.000 koppels in ons land. Dat cijfer houdt geen rekening met de samenwonenden die uit mekaar gaan. Het aantal eenoudergezinnen zal tegen 2060 naar schatting 28 procent hoger liggen dan in 2014.

bron: Belga