SOUNDCHECK. Hozier laat de klimaatbrosser in zich los: "Nee, ik ben geen politicus, ik maak lawaai"

Bloed kruipt waar het niet gaan kan en bij Hozier stroomt er heel wat sentiment door de aderen. Dat vond al een luide uitlaatklep op zijn debuut ‘Hozier', met daarop onder andere de wereldhit ‘Take Me To Church', en nu is de Ierse bard back for more. Op ‘Wasteland, Baby!' kijkt hij de ondergang van onze planeet in de ogen en geeft hij die een flinke por in de ribben.
door
Xavier
Leestijd 6 min.

Hozier, aka Andrew Hozier-Byrne, is niet wie je verwacht dat hij zou zijn. Zijn muziek blinkt uit in grote emoties, maar als de minzame Ier spreekt is het zacht, beredeneerd en soms zelfs wat stotterend. Even lijkt het donkere van zijn teksten in lijn te liggen met zijn persoonlijkheid, maar dan doet een bulderende Ierse lach weer licht door de wolken schijnen.

(lacht) "Je mag je niet te veel laten misleiden door de teksten. Er zit geen handleiding bij het album, maar eigenlijk zou je de liedjes in een Iers dialect moeten horen. Ieren hebben traditioneel een heel donker gevoel voor humor. We kunnen met alles lachen en geven zo een bepaalde lichtheid aan een onderwerp. Noem het gerust ironie of cynisme. Uiteindelijk is het een manier om naar de wereld te kijken."

Je gaat op ‘Wasteland, Baby!' de zware onderwerpen niet uit de weg: ongelijkheid, politieke onbekwaamheid, morele tekortkomingen. Moeten artiesten het daarover durven hebben?

"Ik denk niet dat het belangrijk is voor een artiest om over die onderwerpen te schrijven of te zingen. Het is belangrijk als mens dat je die zaken aankaart."

Praat ik dan met een toekomstig politicus?

"Nee, ik heb absoluut geen politieke ambities. (lacht) Ik ben een muzikant en ik schrijf over de dingen die me nauw aan het hart liggen. En dit zijn nu eenmaal de onderwerpen waar we tegenwoordig mee geconfronteerd worden. Ken je de Doomsday-klok? Die staat al op twee voor twaalf. Maar hoewel de onderwerpen soms zwaar zijn, probeer ik ze op een speelse manier te benaderen."

Is dat waarom je met de titel van de plaat bijna lijkt uit te kijken naar de woestenij die ons wacht?

"Ja, in zekere zin zit dat speelse daar wel in. Ik ben aan de slag gegaan met de lading van het woord ‘woestenij'. Aan de ene kant heb je de letterlijke betekenis. Het lege landschap dat als een doemscenario voor ons opduikt als we niet beter ons best gaan doen voor het klimaat. Aan de andere kant is dat ook een verwijzing naar het politieke en morele niemandsland dat we tegenwoordig zien ontstaan."

En toch is het album geen waarschuwing geworden voor de manier waarop we leven.

"Oh God, laat mij niet de persoon zijn die iedereen moet waarschuwen. Dat is erg voor de mensheid. (lacht) Ik schrijf nummers en ik maak muziek. En daarin heb ik het over de dingen die ik rond me zie en die me aanbelangen, altijd met de bedoeling om de andere kant van de zaak te zien. Het leek me bijvoorbeeld interessant voor dit album om enkele keren een vrolijke melodie onder een zwaar onderwerp te zetten. Dat creëert een andere invalshoek."

Ierland zit ondertussen middenin het brexitdrama. Hoe kijk je zelf naar alles wat er gebeurt?

"Ik schrik soms van de uitspraken die gedaan worden en de stellingen die mensen innemen. De uitslag van het referendum was misschien een vergissing, maar de brexit is de realiteit en dat mogen we niet ontkennen. Nu, de Ieren hebben een ander politiek referentiekader, gezien onze recente geschiedenis, dus we laten ons er niet door uit het lood slaan. Maar we moeten wel op onze hoede zijn. Dat is wat de Ierse regering probeert te doen. De prioriteit is dat het Goede Vrijdag-akkoord tot op de letter nageleefd wordt. Dat is wat iedereen wil en dat is de enige manier om onze regio stabiel te houden."

Vrees je soms voor je toekomst of die van de volgende generaties?

"Echte angst is er bij mij nog niet ingeschoten. Het is wel een nieuwe realiteit die je moet erkennen. Je kan het blijven bekijken als een absurd toneel of als uitsluitend een probleem van Groot-Brittannië, maar we mogen het niet negeren. Maar bon, uiteindelijk ben ik geen politicus. Ik ben een muzikant, ik maak lawaai." (lacht)

Over muziek gesproken, de blues- en folkinvloeden zijn weer duidelijk aanwezig op ‘Wasteland, Baby!'. Waarom ben je zo verliefd op die muziek?

"Het is iets waarmee ik ben opgegroeid, die muziek stond altijd op bij mij thuis. Mijn vader was een grote fan van blues en rock 'n roll en heeft me heel veel leren kennen. Voor mij hebben die genres altijd aangevoeld als iets waars en gedurfd. Het klonk oprecht en anti-establishment. Blues, rock 'n roll en folk hebben een duidelijke, harde kern die je overal in terugvindt. Ze dragen altijd dezelfde ondertoon in zich en die sloeg aan bij mij."

Is dat waarom je steeds inspiratie haalt uit ‘oude' muziek?

"Sommige mensen noemen het oude muziek, maar het heeft een universeel karakter. De onderwerpen waarover wordt gezongen, de gevoelens die aangeraakt worden, die kent iedereen. Die raken iedereen. Ik heb het nooit aangevoeld als oude muziek. Voor mij is het de taal waarin ik me kan uitdrukken, waarin ik de dingen die ik zie en voel kan omzetten in iets concreets. Het is iets waar ik altijd automatisch toe wordt aangetrokken."

Zeker als je de hulp kan inroepen van blueslegende Mavis Staples.

"Zeker en vast. Ze was echt, echt, écht wonderbaarlijk. Mavis is oprecht de meest aangename en wonderbaarlijke persoon waarmee ik al heb mogen werken. Vooral omdat ze nog steeds heel waardevolle, sterke muziek maakt. Haar honger en energie is ongelooflijk. Ze is een heel moedige vrouw die nog steeds iets opruiends, rauw en echts heeft en ze drukt dat op een indrukwekkende manier uit."

‘Nina Cried Power', het nummer dat je met haar maakte, schopte het zelfs tot op de playlist van Barack Obama.

"Ja, hoe absurd is dat? Niet alleen het feit dat iets dat ik heb gemaakt tot bij hem komt en dat het hem bevalt. Maar heb je al eens gekeken naar wie er allemaal nog op zijn playlist staat? Dat zijn de grootste namen op deze planeet. Dat hij mij, een nobody uit Ierland, daaraan heeft toegevoegd vind ik een ongelooflijke eer."

De wortels van de blues lopen diep tot in de duistere geschiedenis van de VS. Waar vind je er in Ierland inspiratie voor?

"Ik weet dat ik nooit kan ervaren wat de zwarte Amerikaanse gemeenschap voelt als het gaat over slavernij. Ik probeer dat ook niet, want dat zou enkel maar een belediging zijn. Waar ik wel van overtuigd ben, is dat de beginselen van de blues en de thema's die het bezingt, groter zijn dan ons. Ze zijn universeel en eeuwig. Dus ik werk vanuit mijn gevoel en giet wat ik ervaar in de vorm die ik ervoor geschikt acht. En de pasvormen die ik van nature daarvoor kies zijn blues en folk."

"Er is in Ierland altijd veel respect geweest voor bluesmuziek en de vaandeldragers ervan. We hebben zelf ook enkele heel straffe muzikanten gekend. De Ierse tradities sluiten goed aan bij de basis van de muziek. Daarom denk ik dat het een goede voedingsbodem is geweest voor mij."

Over de teksten op ‘Wasteland, Baby!' zeg je dat de zanger, jij dus, hoofdzakelijk de verteller is, maar dat er ook andere personages passeren. Dat ga je even moeten verduidelijken.

"Ik ben van mening dat het goed is om, als je schrijft, een stap terug te zetten van de persoon die het verhaal vertelt. Zo kan je een onderwerp vanuit een ander perspectief te bekijken. Ga maar na, er staan verschillende invalshoeken op het album. Er zijn zwartgallige nummers, nummers waar hoop in doorklinkt en nummers waarin de verteller cynisch kijkt naar wat er rond hem gebeurt."

Ga je op die momenten te werk als een scenarioschrijver die zich een personage inbeeldt?

«Nee, ik wil mijn werk niet vergelijken met dat van scenarioschrijvers. Dat zou grof zijn. (lacht) Elk nummer van mij heeft nog steeds een persoonlijk aspect. Ik ben een product van mijn omgeving. Het heeft me gevormd en ik zal het op mijn beurt vormen. Alles wat ik doe, alles wat ik schrijf, komt daaruit voort. Maar af en toe eens een andere pet opzetten, helpt je zaken beter te begrijpen."

Xavier Vuylsteke de Laps

‘Wasteland, Baby' is uit bij Universal Music. Hozier speelt op 2 september in het Koninklijk Circus in Brussel.