‘Félicité', een portret van een vrouw tussen droom en realiteit

De Afrikaanse cinema is nog altijd ondervertegenwoordigd in Europa, maar heeft nochtans veel te vertellen. Kijk maar naar ‘Félicité', een Belgisch-Frans-Duits-Senegalees-Libanese coproductie die de Zilveren Beer won op het laatste filmfestival van Berlijn. Een portret van een sterke, trotse Congolese vrouw die geld moet vragen voor de operatie van haar zoon. De Frans-Senegalese regisseur Alain Gomis levert een aangrijpende, lichte, ernstige, muzikale en dromerige film af, die ver weg blijft van de sociale cinema.
door
Jelle
Leestijd 4 min.

Je vertelt het verhaal van een vrouw, maar ook van een stad. Waarom Kinshasa?

Alain Gomis: "Ik vind Kinshasa dé stad van vandaag. Dezelfde vragen als bij ons zijn er aan de orde. Over onze maatschappij en onze relaties, maar dan nog sterker. Er heerst een rauwe, wilde vorm van liberalisme. Dat komt omdat de infrastructuur fragiel of zelfs onbestaande is, na de oorlog en het kolonialisme. Het is dezelfde wereld als de onze, maar dan zonder make-up. Met personages die heel direct met elkaar omgaan, zonder iets dat hen beschermt."

De film is een mix van fictie en documentaire. Hoe heb je die twee vormen gedoseerd?

"Het idee was om gaandeweg almaar ruwere beelden te gebruiken, om de schoonheid van de mensen en de stad zo simpel mogelijk in beeld te brengen. Félicité maakt dezelfde beweging: ze slaagt erin de schoonheid te zien van wat haar omringt, terwijl die in het begin onzichtbaar is. Het start met fictie, maar evolueert naar iets heel rudimentairs."

Je filmt de acteurs van heel dichtbij. Sommige scènes doen wat denken aan ‘Rosetta'. Waren de broers Dardenne een invloed?

"Nee. Zij zijn Belgen en maken Belgische cinema. Ik ben Frans en Senegalees en ik film in Kinshasa. Ik heb enorm veel respect voor hun werk, maar ik wou geen sociologische film of een reportage maken. Ik wou vertellen over de binnenkant van iemand. Over hoe het is om het onmogelijke avontuur van het leven mee te maken. Van zodra je aanvaardt dat de camera je comfortzone binnendringt – niet alleen om te kijken, maar om te delen – gebeuren er intense dingen. Daarom film ik van zo dichtbij."

Véro Tshanda Beya Mputu, die Félicité speelt, is geen professionele actrice. Hoe heb je haar ontmoet?

"Ze had een affiche gezien en is naar de casting gekomen. Omdat er een paar vrij bekende acteurs meededen, dacht ze eerst dat het niets voor haar was. Maar iemand heeft haar toch overtuigd. Ik voelde meteen dat ze iets heel sterks uitstraalde. Aanvankelijk zag ik Félicité zo niet, maar Véro heeft zich helemaal meester gemaakt van het personage. Ze heeft me veel geleerd als regisseur."

Haar pad kruist dat van Tabu, een atypisch personage…

"Hij is een extreem eerlijke en oprechte kerel. Maar door die oprechtheid geraakt hij opgesloten, omdat hij voor het eerst in zijn leven verantwoordelijk is voor iets. Ik vind hem een heel mooi personage. Félicité en hij stellen in vraag wat het is een man, een vrouw en een koppel te zijn. Hoe leg je samen een stuk van de weg af, zonder te weten wat er gaat gebeuren?"

De muziek draagt veel bij tot de magie van de film…

"Voor mij was het vanzelfsprekend om Arvo Pärt of Kasai Allstars op de soundtrack te hebben. Kinshasa is een stad met een heel sterke muzikale traditie. De bandleden zijn mensen die elke dag gaan werken. Schrijnwerkers, chauffeurs… En ‘s avonds spelen ze Haydn, Mozart of Arvo Pärt. Ze hebben een simpele, natuurlijke band met muziek."

In het persdossier zeg je dat “niet van het leven houden een van de grootste vormen van geweld is”. Is geluk dan een keuze?

"Dat denk ik niet. Soms moet je alles verliezen om de eenvoudige dingen te zien. Dat is wat gebeurt met Félicité. Ze is een sterke vrouw, die niet meer in touch is met de realiteit, omdat ze voortdurend moet vechten. Ze laat zelfs niemand toe om van haar te houden. Maar door overeind te proberen blijven, gaat ze ook kapot. Als de maatschappij en de media constant zeggen dat het leven dat je leidt niet het goeie is… dan kan je niet van jezelf houden. Geluk kies je niet, maar moet je binnenlaten. En dat is soms een lange reis."

Je vorige film ‘Aujourd'hui (Tey)' was ook in competitie op het filmfestival van Berlijn in 2012. Welke impact hebben die festivals op de financiering van je werk?

"Voor dit soort films met, laat ons zeggen, weinig commercieel potentieel is een selectie voor een groot festival heel belangrijk. In onze maatschappij heeft alles wat niet commercieel is het moeilijk te bestaan. Filmfestivals en stichtingen zoals het World Cinema Fund of het Centre du Cinéma zorgen voor een tegengewicht tegen de druk van de filmindustrie. Het is knokken om te overleven, de hulp van die structuren is broodnodig."

 

Elli Mastorou

@cafesoluble