SOUNDCHECK. Meskerem Mees laat haar debuut te water: «Het voelt soms alsof mijn carrière met mezelf gaat lopen»

Haar voornaam betekent «nieuw begin» en nu haar debuutplaat geboren is, is die voornaam toepasselijker dan ooit. De laureate van Humo’s Rock Rally 2020 werd 22 jaar geleden geboren in de Ethiopische hoofdstad Addis Abeba. Toen ze tien maanden oud was werd ze naar België gevlogen. De Gentse raakte al gevoelige snaren in binnen- en buitenland met singles ‘Joe’, ‘Seasons Shift’ en ‘Astronaut’ – en dat enkel met haar stem, akoestische gitaar en de cello van sister in arms Febe Lazou. Gewapend met haar debuutplaat kan haar muzikale veroveringstocht nu pas écht beginnen.

door
Quentin Soenens
Leestijd 3 min.

Dag Meskerem. Je debuutalbum heet ‘Julius’: een intrigerende titel.

Meskerem Mees: «Julius is de naam van mijn ezel. Mijn ouders hebben een huisje net buiten Gent, en daar staat een ezel in de wei. Ik vond het grappig om het album aan hem op te dragen. De ezel heet eigenlijk Jules, maar als ik boos ben zeg ik Julius.»

Is er een rode draad doorheen de plaat?

«Mezelf. Het is een heel persoonlijke plaat. En eigenlijk houdt de keuze voor de ezel wel steek – hij staat overigens ook op de cover van de plaat. Het is wat atypisch: er zijn niet veel mensen die thuis een ezeltje hebben. De ezel verwijst eveneens naar de plaats waar ik ben opgegroeid. Die plaats had een invloed op mij: mooi in het groen, lekker buiten de stad, veel dieren. Een dromerige, pittoreske omgeving. Dat hoor je ook in mijn muziek.»

Hoe ben je geëvolueerd als artiest sinds je winst op Humo's Rock Rally?

«Ik heb geleerd hoe de industrie in elkaar zit, hoe het allemaal in zijn werk gaat. Daarnaast heb ik me kunnen omringen met heel lieve en begaafde mensen. Helemaal in het begin kwam er zoveel op me af dat ik soms niet goed… mee kon of zo? Nu word ik goed begeleid. Ik heb ook geleerd om nee te zeggen op bepaalde dingen en ja op andere dingen.»

Er staat jou een gouden toekomst te wachten want tot in Amerika zingen ze de lof over jouw muzikaal talent. Wat zijn jouw ambities op carrièrevlak?

«Ik wil groeien, maar heel gestaag. Niet te snel, omdat ik nog steeds een beetje het gevoel heb dat ik niet ‘mee’ kan. Het voelt soms alsof mijn carrière met mezelf gaat lopen. Anderzijds wil ik natuurlijk blijven evolueren als artiest. Ik heb nu voet aan grond gekregen in Frankrijk, Duitsland, Zwitserland en Nederland, da’s heel tof. Misschien zou het leuk zijn om ooit eens de grote oversteek te maken, maar dat moet zeker niet te rap gebeuren voor mij.»

Afgelopen zomer vertelde je in het Radio 1-programma ‘De Zomer Van’ dat je «nog altijd niet overtuigd bent van je kunnen». «Dat zelfvertrouwen moet nog wat groeien», zei je toen. Is het zelfvertrouwen intussen al wat gegroeid?

«Toch wel. Ik ben trots op het feit dat ik een plaat heb gemaakt. Ik had nooit durven denken dat ik dat ooit zou doen in mijn leven (lacht). Anderzijds heb ik nog steeds last van een imposter syndroom – waar volgens mij veel artiesten en kunstenaars mee kampen: jezelf continu in vraag stellen, twijfelen of je wel goed genoeg bent. Tegelijk houdt die twijfel je scherp en blijf je jezelf daardoor uitdagen.»

Wat zit er nog in de pijplijn de komende tijd?

«Er zijn heel veel ideeën, maar die moet ik nog uitwerken. Ik ben van zin om de bezetting uit te breiden in functie van het live spelen, want het album op zich is vrij sober. Het gevaar daarbij is dat je die soberheid en authenticiteit kwijtraakt. Die balans ben ik nu aan het zoeken.»

‘Julius’ is nu uit. Op 5 december treedt Meskerem Mees op in de Botanique in Brussel en op 7 december in de Handelsbeurs in Gent. Voor meer concertdata kan je terecht op www.meskeremmees.com.