Met deze tips rijd je in het donker veilig
Maak je ruiten schoon
Ruiten die er overdag schoon uitzien, kunnen strepen vertonen die 's nachts verblinding kunnen veroorzaken. De truc van een expert is om glas te polijsten met krantenpapier om resten te verwijderen. Probeer de binnenkant van je voorruit, zijruiten of spiegels niet met je handen aan te raken, ook al is het om mist weg te vegen. De olie van je huid zal uitsmeren en het licht zal schitteren wanneer het door elke plek schijnt waar je het glas hebt aangeraakt. Bewaar in plaats daarvan een katoenen of microvezeldoek in je auto om de ruiten schoon te maken.
Stel je buitenspiegels af
Vuile spiegels zijn net als een vuile voorruit en kunnen licht reflecteren en vervormen dat de bestuurder afleidt. Vieze spiegels reflecteren de lichten van auto's achter je in een bredere, diffuse vorm die verblinding in je ogen kan veroorzaken, dus ruim ze op. Richt de buitenspiegels ook zo dat je je hoofd kunt bewegen uit het pad van het licht dat erin wordt weerspiegeld. Het is verstandig om ze een beetje naar beneden af te stellen. Zo kun je eenvoudig de auto’s achter je zien, terwijl je niet verblind zult worden door de koplampen.
Richt je koplampen goed
Experts hebben geconstateerd dat koplampen, zelfs in gloednieuwe auto's, soms ongelijk zijn of lager dan nodig is. Het loont dus de moeite om ze goed te richten. Als je het zelf doet, gebruik dan de instructies in je gebruikershandleiding. Wees geduldig, het kan een paar pogingen kosten voordat je ze perfect hebt gericht. Zorg er wel voor dat die nieuw gerichte lichten het tegemoetkomende verkeer niet verblinden. Zelfs lampen die correct zijn gericht, kunnen een zwakke gloed werpen als iets het licht blokkeert, dus zorg ervoor dat je je koplampen regelmatig schoonmaakt.
Houd je ogen gezond
Om de effecten van oogvermoeidheid 's nachts tijdens het autorijden te verminderen, raden oogartsen vaak aan om je ogen in beweging te houden en rondom je gezichtsveld te scannen in plaats van zich op één gebied te concentreren. Experts stellen voor om elke drie jaar controles uit te voeren als je jonger bent dan 40, om de twee jaar tot je 60e en daarna jaarlijks. Je kunt de schoonste voorruit en de beste koplampen hebben, maar ze doen niets als je ogen gespannen zijn en ze wegvoorwerpen of andere gevaarlijke gevaren niet correct kunnen waarnemen.