Jambon zet federaal energieminister op haar plaats na kritiek op Vlaams klimaatplan: «Waar is federale plan?»

«We hebben geen lessen te ontvangen van een minister die bijkomende gascentrales plaatst. Waar is het federale klimaatplan?», beet Vlaams minister-president Jan Jambon vandaag van zich af in VTM Nieuws. Hij reageerde zo op de kritiek van federaal minister van Energie Tinne Van der Straeten (Groen) op het Vlaamse klimaatplan.

door
Redactie Online
Leestijd 2 min.

Jambon vond het «vervelend» dat Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA) niet naar de VN-klimaattop in Glasgow kan afreizen omdat haar kabinetschef, die eerder al een Covid-besmetting had, hervallen is. Hij benadrukte dat de Vlaamse regering het belang van de COP26 niet onderschat. Voor het herfstverlof had de Vlaamse regering al veertig concrete maatregelen klaar bovenop de eerdere maatregelen. Maar over enkele punten moest nog verder gepraat worden, klonk het. «We hebben een heel concreet plan, en zijn op tijd voor Glasgow», besloot de Vlaamse regeringsleider.

Gascentrales

Jambon weerlegde ook de kritiek van federaal energieminister Van der Straeten dat het Vlaamse plan mikt op een reductie van 40% in plaats van 47%. «We hebben geen lessen te ontvangen van een minister die bijkomende gascentrales wil plaatsen. We hebben veertig maatregelen bovenop het Vlaamse klimaatplan. Waar is het federale plan? Waar zijn de concrete maatregelen?», vroeg hij zich af. «Minister Van der Straeten moet in eigen boezem kijken», aldus Jambon.

«Bijkomende inspanning»

Op de kritiek dat het Vlaams klimaatplan vooral de middenklasse treft, benadrukte minister-president Jambon dat zowel de landbouw als de industrie een bijkomende inspanning van 10% moeten doen. Hij merkte ook op dat de verplichting om vanaf 2029 enkel nog elektrische nieuwe wagens aan te schaffen enkel ingaat als elektrische wagens dan goedkoper zijn dan auto’s op fossiele brandstof. De maatregelen voor woningen gelden dan weer enkel voor woningen die erg energieverslindend zijn. De normen voor bedrijfs- en overheidsgebouwen zijn veel strenger, voegde hij er nog aan toe.