SOUNDCHECK. Netsky lost nieuw album: "Drum-'n-bass is the revenge of the nerds"

Tien jaar na zijn debuut is Netsky een gevestigde waarde in de drum-'n-basswereld. Na een passage in Los Angeles keerde Boris Daenen terug naar zijn heimat Antwerpen. Op zijn 31ste heeft de drum-'n-bassproducer een vierde studioalbum klaar, waarop hij teruggrijpt naar de sound die hem richting sterrendom lanceerde.
door
Janne
Leestijd 4 min.

Quentin Soenens

Dag Boris. Vanwaar die drang om terug te keren naar je muzikale roots?

Boris Daenen: “Ik had gewoon nog eens zin om een echte drum-'n-bassplaat te maken. Ik heb me jarenlang gefocust op pop- en r&b-muziek muziek die ik niet onder de vlag van Netsky kon uitbrengen. Na een tijdje begon ik het dj-leven en de drum-'n-bassshows te missen.”

Je vierde studioalbum heet ‘Second Nature'. Wat is het verhaal achter de plaat?

“Het album is een terugblik op hoe ik tien jaar geleden muziek maakte, toen ik net begon bij het platenlabel Hospital Records. Ik ben als tiener beginnen te experimenteren met de platencollectie van mijn vader – hij luisterde vooral naar soul, motown en jazz, waarvan ik remixes maakte. Een groot deel van deze plaat heb ik op dezelfde manier gemaakt: met een heel simpele, goedkopere set-up die ik in mijn beginjaren als producer gebruikte. Ook heb ik veel soul gesampled in de nummers. Het resultaat is heel brede drum-'n-bass – zo breed als het genre kan gaan.”

Het album is ook op smaak gebracht met veel funk. Een bewuste keuze?

“Drum-'n-bass is in wezen een funky concept. Wist je dat de eerste drum-'n-bassbreak uit de funk komt? Iemand heeft ooit een nummer van James Brown op een verkeerd toerental afgespeeld, waardoor het ineens een drum-'n-bassbreak werd. De stijl die ik probeer te evoceren op het album gaat terug naar die roots.”

Wie zijn je muzikale helden die je werk beïnvloeden?

“Ik ben een gigantische fan van Prince. Ik luisterde vroeger ook vaak naar Britse rap; Loyle Carner bijvoorbeeld. Met Jorja Smith wil ik heel graag samenwerken. Maar ik ben ook dol op r&b van over de grote plas, zoals BADBADNOTGOOD.”

Door de jaren heen heb je remixes gemaakt van songs van Ed Sheeran, Dua Lipa, Swedish House Maffia, enzovoort. Krijg je soms reacties van die wereldartiesten of blijft het stil?

“Tuurlijk! Dua Lipa was zeer enthousiast want ik had haar eerste single geremixt toen ze net kwam piepen, in 2017. Van Ed Sheeran heb ik ook positieve reacties gekregen, hij is zelf heel grote fan van drum-'n-bass. Ik heb ooit een remix gemaakt van een song van Miike Snow; die hebben in de backstage op Pukkelpop gezegd dat ze graag raven op mijn remix.”

 

 

Ooit liet je je in een interview met De Standaard ontvallen dat dubstep en drum-'n-bass bedreven worden door “nerds die klanken bijeenkletsen en dan ineens voor 20.000 man staan”. Denk je er nog steeds zo over of heb je je mening intussen bijgesteld?

(lacht)Revenge of the nerds! Ik denk dat dat voor Amerikaanse dubstep zeker een feit is. In Europa, en zeker hier in België, spreken die genres een totaal ander publiek aan. Bovendien is er een heel professionele wereld zich komen bemoeien. Er worden nu grootschalige events georganiseerd die in twee dagen uitverkopen, zoals Rampage in het Sportpaleis. De markt is serieus geëvolueerd, maar niet evenredig voor beide genres. Dubstep kende een gigantische piek rond 2008, wanneer Skrillex net begon, maar nadien is het genre een beetje weggedeemsterd. Drum-'n-bass is sinds 1995 altijd stabiel gebleven qua fanbase.”

Je bent opgegroeid in het bescheiden Edegem en verhuisde in 2017 naar het machtige Los Angeles. Hoe groot was de cultuurschok?

“Los Angeles is natuurlijk een totaal andere wereld. Het is een heel motiverende plek. Als ik iets mis in België, is het die drive die in LA heerst. Maar dat heeft ook een keerzijde, want het is stresserend om constant te moeten presteren in studio's. Ik denk dat ze in Europa meer dan in Amerika kwaliteit boven kwantiteit verkiezen. Toch ben ik blij dat ik beide werelden gezien heb.”

Wat is voor jou het absolute hoogtepunt van de afgelopen tien jaar?

“Het optreden met mijn band op Coachella was memorabel. We mochten na Motörhead spelen: dat vond ik een heel grote eer.”

En het absolute dieptepunt, want dat is er wellicht ook geweest?

“Iedereen in de cultuursector maakt nu een heel moeilijke periode door. Maar we zijn een kneedbare sector en passen ons aan. Na regen komt zonneschijn. Ik hoop wel dat er extra steun komt voor mensen die achter de schermen werken – lichttechnici, podiumbouwers, enzovoort.”

Tot slot nog iets volledig anders: je hebt eerder dit jaar een bootleg gemaakt van het eerste nummer dat Elon Musk dit voorjaar uitbracht. Was dat een folietje, of wou je de aandacht trekken van de Tesla-baas?

“Ik wou eigenlijk gewoon een gratis Tesla (lacht). Maar ik heb nooit reactie gehad. Ik had gehoopt dat hij mijn werk zou retweeten, want hij vindt het altijd leuk als mensen kort op de bal spelen op één van zijn grappen. Ik denk dat Musk kritiek heeft gekregen van zijn aandeelhouders op zijn EDM-debuut, want het was opvallend hoe hij daags nadien aan damage control deed. Persoonlijk vond ik het vooral een leuke denkoefening om met artificial intelligence en machine learning aan de slag te gaan voor een remix.”

‘Second Nature' verschijnt vandaag bij Hospital Records.