Frank Deboosere: "We wandelen met z'n allen richting de afgrond"

Door het coronavirus is de klimaatcrisis opnieuw naar de achtergrond verdrongen. Weerman Frank Deboosere betreurt dat, maar benadrukt dat het nog niet te laat is om in actie te schieten.
door
koen.de.nef
Leestijd 2 min.

Vóór de coronacrisis stond de klimaatproblematiek regelmatig in de kijker. Eindelijk werd er geluisterd naar de vele activisten die duizenden leerlingen overtuigden om voor het klimaat te spijbelen in de hoop dat de overheid naar een oplossing zou zoeken. En dan gooide het coronavirus roet in het eten.

Kerosinetaks

Tijd dus om opnieuw over het klimaat te praten. “Ik vrees inderdaad dat het klimaat absoluut geen issue meer is. Dat is jammer, we gaan dat als een boemerang terugkrijgen. Terwijl we nu net de mogelijkheid hebben om industrieën die erg CO2-intensief zijn aan te manen meer hun best te doen. Dit is het moment om een kerosinetaks op te leggen aan vliegmaatschappijen: ‘Jullie willen blijven bestaan? Prima, maar vliegreizen voor 20 euro naar Faro, dat kan niet meer.' Je betaalt verdorie meer om met de trein naar Aarlen te reizen!”, vertelt Frank Deboosere in De Morgen.

Klimaatvluchtelingen

De 61-jarige weerman vindt dat we te verwend zijn geweest en dat het tijd is om orde op zaken te stellen. “We hebben de mensen in het verleden te veel gegeven. Dat gaan we moeten afpakken en dat wordt moeilijk. Er zijn nu al veel klimaatvluchtelingen en er zullen er nog meer komen. Wat gaan we daarmee doen? Een muur bouwen? Erop schieten? En ondertussen laten we idioten als Trump de steenkoolindustrie promoten, terwijl Bolsonaro het Amazonewoud platbrandt”, klinkt het.

Tij keren

Het is dus vijf voor twaalf, al hoopt Deboosere dat het straks niet te laat is. “Het is zonneklaar dat we zo niet kunnen verdergaan. Toch wandelen we met zijn allen richting de afgrond. Dat is jammer, want nu is het nog mogelijk om het tij te keren. Als we er nu aan beginnen, kost het ons weinig en brengt het iedereen veel op. Door te wachten, wordt het alleen maar erger”, besluit hij.