Strandvakantie boet aan populariteit in ten voordele van culturele trips

De klassieke strandvakantie is aan het inboeten ten voordele van culturele vakanties waar men ook de streek en de cultuur wil verkennen. Dat blijkt uit het jaarlijkse vakantieonderzoek van reisbijstandsorganisatie Touring. Daaruit blijkt ook dat steeds meer reizigers kiezen voor de trein, de touringcar of het vliegtuig, maar dat de autovakantie toch nog 66% vertegenwoordigt van het totaal.
door
aaron.verbrugghe
Leestijd 2 min.

De klassieke strandvakantie is dus aan het inboeten ten voordele van culturele vakanties waar men ook de streek en de cultuur wil verkennen. "Dat komt vooral door het feit dat men meerdere keren per jaar op reis gaat en dan liefst naar bezienswaardigheden. Denk maar aan bepaalde steden zoals Barcelona en Venetië die niet weten wat aanvangen met de overvloed aan toeristen", zo klinkt het.

Een andere vaststelling: als twee jaar geleden nog 77 procent van de mensen er met de auto op uittrok, was dat vorig jaar gedaald naar 66 procent. Duidelijk meer reizigers kozen voor de trein, de touringcar of het vliegtuig. "Wellicht laten meer mensen zich afschrikken door mogelijke files, ook in het buitenland", zo ziet Touring een mogelijke oorzaak.

Zowat 38 procent van de reizigers kiest voor een citytrip, terwijl 33% (-4%) voor een klassieke strand- en zwembadvakantie gaat.

"Als we de cijfers vergelijken met 2016 valt het op dat we steeds minder met de auto op reis gaan. In 2016 deed nog 77 procent van de reizigers een beroep op de auto, in 2018 is dat gezakt naar 66 procent. Dat verlies wordt gecompenseerd door een combinatie aan voertuigen."

Frankrijk blijft populairste bestemming

Populairste bestemming blijft Frankrijk met 50 procent, gevolgd door Nederland (26 procent) en Spanje (25 procent). Zesennegentig procent blijft binnen Europa.

De helft van de reizigers ziet de bezienswaardigheden ter plaatse als belangrijkste keuzefactor. De aanwezigheid van zon en warmte is voor 51 procent bepalend en 48 procent kijkt naar de kostprijs (+4 procent tov 2016).