"Toegang tot Jemen is verbeterd, maar hulp geraakt nog niet tot bij de mensen"
De humanitaire hulp geraakt beter in Jemen, maar het verdelen ervan onder de noodlijdende bevolking bijft een groot probleem. Dat heeft de Belgische minister van Buitenlandse Zaken Didier Reynders gezegd na afloop van een werkvergadering met zijn Jemenitische ambtgenoot Khaled Hussein Alyemany. Al meer dan vier jaar woedt er in Jemen en bloederige burgeroorlog. Sjiitische Houthi-rebellen controleren er belangrijke delen van het land. Een coalitie onder leiding van Saoedi-Arabië die de soennitische regering steunt, voert een offensief tegen de rebellen. De burgeroorlog heeft het land naar de rand van de hongersnood geduwd. Er vielen al 10.000 doden en volgens de Verenigde Naties (VN) zijn tot 20 miljoen mensen met hongersnood bedreigd.
Vorige maand sloten de strijdende partijen in de buurt van het Zweedse Stockholm een staakt-het-vuren voor de belangrijke havenstad Hodeida. Langs die weg moet humanitaire hulp het land binnenkomen. Beide partijen beschuldigen elkaar wel het bestand te schenden.
Samen met andere landen vraagt België dat de betrokken partijen er nu voor zorgen dat de humanitaire hulp echt ter plaatse geraakt. "Wij doen een grote inspanning, Jemen is onze vierde partner op het vlak van humanitaire hulp. De toegang tot het land is verbeterd, maar de distributie tot bij de bevolking blijft een probleem", zegt minister Reynders. Vorig jaar zou ons land zowat 8,7 miljoen euro humanitaire hulp hebben uitgetrokken voor Jemen.
De Jemenitische minister Khaled Hussein Alyemany zei dat zijn regering werk wil maken "van elke stap die nodig is" om de humanitaire hulp ter plaatse te krijgen. Maar hij wijst met een beschuldigende vinger naar de Houthi's. Zij zorgen volgens hem voor "obstakels en moeilijkheden". Volgens de Jemenitische minister zou de VN dat ook duidelijk moeten zeggen.
bron: Belga