Ruim 3.350 leerkrachten vonden weg naar lerarenplatforms
Sinds ze op 1 oktober van start gingen, zijn ruim 3.350 leerkrachten toegetreden tot een lerarenplatform. Dat meldt Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V). De lerarenplatforms zagen het levenslicht om startende leerkrachten meer werk- en loonzekerheid te geven. In de grootste steden is er nog ruimte in de platforms. Startende leerkrachten krijgen tijdens de eerste jaren vaak kleinere opdrachten in verschillende scholen. Zeven van de tien startende leerkrachten hebben een opdracht die kleiner is dan twee derde van een voltijdse opdracht en een kwart van de starters verlaat het onderwijs na twee jaar. Om startende leerkrachten meer werkzekerheid te geven, zijn op 1 oktober de lerarenplatforms voor het basis- en secundair onderwijs van start gegaan.
Via die platforms krijgen leerkrachten een schooljaar lang werk- en loonzekerheid. De leerkrachten moeten gemiddeld op jaarbasis 85 procent van de tijd voor de klas staan. De overige 15 procent kan ingevuld worden door coaching, begeleiding of professionalisering. Ze kunnen afwezige leerkrachten vervangen of de plaats innemen van een meer ervaren leerkracht die zelf vervangingsopdrachten opneemt.
In het basisonderwijs hebben zo bijna 3.000 leerkrachten extra werkzekerheid: 1.155 in het kleuteronderwijs en 1.821 in het lager onderwijs. In het secundair onderwijs zitten er 381 leerkrachten in een lerarenplatform. Het gaat alles samen om ruim 2.400 voltijdse jobs. Meer dan 8 op de 10 leerkrachten in een lerarenplatform zijn zo jonger dan 30 jaar en meer dan de helft is zelfs jonger dan 25 jaar.
"Door het lerarenplatform binden we leerkrachten die anders rond deze tijd op zoek waren naar werk, vast aan de scholen", aldus minister Crevits. "In oktober 2018 waren er bijna 1.400 minder leerkrachten die werkzoekend waren ten opzichte van oktober 2017".
Voorlopig is 10 procent van de lerarenplatforms nog niet benut. Vooral scholen in steden als Antwerpen, Gent en Brussel hebben volgens de huidige stand van zaken nog heel wat wervingen te doen.
bron: Belga