"Nog nooit zoveel pollen in onze lucht als dit jaar"
Het Belgische surveillancenet van het stuifmeel en de schimmelsporen bestaat sedert 1974 en verschaft informatie over de aanwezigheid van allergenen in de lucht aan artsen, farmaceutische firma's en allergielijders. De verschillende telstations volgen de pollenconcentraties van januari tot september op. Voor de schimmelsporen gebeuren de tellingen tot en met november. Gedurende het stuifmeelseizoen beoordeelt het surveillancenetwerk dagelijks het risico om hooikoortssymptomen te ontwikkelen in functie van het aantal ingezamelde stuifmeelkorrels per kubieke meter lucht en de weersvoorspellingen.
Het pollenseizoen 2018 is een absoluut recordjaar geworden. "Dat komt door het weer", zegt Florence De Bock, wetenschappelijk medewerkster van de dienst Mycologie en Aerobiologie bij Sciensano. "In de lente van dit jaar kregen we al vroeg uitzonderlijk warm weer en dat is gunstig voor het verspreiden van het stuifmeel."
Gevolg van klimaatopwarming
In de toekomst worden nog hogere concentraties van stuifmeel verwacht. "Dat is een gevolg van de klimaatopwarming", meent De Bock. "Door de klimaatopwarming wordt het groei- en bloeiseizoen van veel planten en bomen alsmaar langer, waardoor er eerder en langer pollen in de lucht zitten. Mensen die allergisch zijn voor pollen, hebben hierdoor langer last van hooikoorts."
Slecht nieuws dus voor het toenemend aantal mensen dat allergisch is voor pollen van gras en bomen. Zij krijgen nog meer last van jeukende en tranende ogen, lopende neus, nies- en hoestbuien, jeukend verhemelte en benauwdheid.