N-VA wil tijdsvoorwaarden voor voorwaardelijke invrijheidsstelling gevoelig optrekken

Regeringspartij N-VA wil de tijdsvoorwaarden voor voorwaardelijke invrijheidsstelling gevoelig optrekken. Kamerlid Sophie De Wit diende daarover vorig jaar een wetsvoorstel in. Als algemene regel wil N-VA dat gevangenen pas na drie vijfde van hun straf kunnen vrijkomen, in plaats van na één derde van de straf. Gisteren raakte bekend dat de strafuitvoeringsrechtbank de man die eind 2007 in Lot politieagente Kitty Van Nieuwenhuysen doodschoot, onder elektronisch toezicht plaatst. De tot dertig jaar cel veroordeelde zat 10,5 jaar in de cel. De politievakbonden reageren verontwaardigd op de beslissing, ook al is de wet correct toegepast.

Gevangenen kunnen nu in principe al na een derde van hun straf vrijkomen. Voor recidivisten kan dat na twee derde van hun straf. In 2013 is de wet nog eens verstrengd voor de zwaarst gestraften, via de zogenaamde wet-Martin. Zo moeten mensen die tot een gevangenisstraf van dertig tot veertig jaar of tot levenslang zijn veroordeeld, minstens de helft van hun straf uitzitten. De wet was echter niet van toepassing op de moordenaar van Van Nieuwenhuysen, omdat die al voor de wetswijziging veroordeeld was.

N-VA-Kamerlid De Wit diende in maart van vorig jaar een voorstel in dat de tijdsvoorwaarden voor alle veroordeelden zou verstrengen: van één derde naar drie vijfde en voor recidivisten van twee derde naar drie vierde. De voorwaarden voor de zwaarst gestraften zouden op een evenredige wijze worden verstrengd.

bron: Belga