Tsjechische premier uitgefloten op herdenking Sovjetinval van 1968

door
Belga
Leestijd 1 min.

Op de herdenking van de inval in Tsjechoslovakije door de landen van het Warschaupact vijftig jaar geleden is de Tsjechische premier Andrej Babis zwaar aangepakt. Demonstranten overstemden in Praag de toespraak van Babis met fluitconcerten en boegeroep en riepen "Schande". Ze hekelen het feit dat de regering van de oprichter van de populistische ANO-partij de communisten tolereert en dat Babis voor de omwenteling van 1989 zelf lid was van de communistische partij. Hij ziet vandaag geen bedreiging van de vrijheid, reageerde Babis op de kritiek. Hij sprak zijn bewondering uit voor allen die zich in 1968 moedig hebben gedragen. "De invasie van de legers van het Warschaupact was brutaal en gewelddadig, vele landgenoten zijn toen om het leven gekomen", zei de 63-jarige politicus. De mensen in Tsjechoslovakije wilden geen communistische dictatuur van het Sovjet-type meer, klinkt het.

Voor het omroepgebouw in het Praagse stadscentrum legden Babis en andere toppolitici kransen neer. Daar was het tot zware gevechten gekomen nadat in de nacht van 20 op 21 augustus 1968 soldaten van het socialistische Warschaupact het toenmalige Tsjecho-Slowakije (CSSR) waren binnengevallen. Ze sloegen de hervormingsbeweging van de zogeheten Praagse Lente met geweld neer. Tegen eind 1968 waren volgens historici 137 Tsjechoslovaakse burgers gedood.

Ook in de Slovaakse hoofdstad Bratislava waren er herdenkingsevenementen en ceremonies met onder andere een kransneerlegging aan het graf van de hervormingsgezinde communist Alexander Dubcek. Vanavond zal de Slovaakse president Andrej Kiska een televisietoespraak houden.

bron: Belga