Mogelijk uitspraak over eind Nederlandse treinkaping in 1977

door
Belga
Leestijd 1 min.

De nabestaanden van twee Molukse treinkapers die in 1977 werden doodgeschoten door mariniers bij De Punt, een dorp in de provincie Drenthe, horen woensdag mogelijk of de rechtbank in Den Haag vindt dat daarbij onrechtmatig geweld is gebruikt of niet. De rechtbank doet uitspraak in een rechtszaak tegen de Staat. Pas dan zal blijken of het een eindoordeel is of een tussenvonnis wordt.

Een tussenvonnis zou betekenen dat de rechtbank toch meer informatie wil over de kwestie. Advocaat Liesbeth Zegveld, die de nabestaanden bijstaat, had in mei verzocht om nieuwe getuigen op te roepen om te achterhalen of er een heimelijk bevel was uitgegeven om alle kapers te doden. Ze heeft daarvoor onder andere oud-premier Dries van Agt en enkele oud-topcommandanten op het oog.

Maar ook als er geen heimelijk bevel was, dan nog was de geweldsinstructie volgens de advocaat in strijd met het mensenrechtenverdrag. De mariniers moesten kapers doden, tenzij iemand zich duidelijk waarneembaar overgaf. Maar de kapers Max Papilaja en Hansina Uktolseja konden dat niet vanwege hun verwondingen; ze werden van dichtbij geëxecuteerd, blijkt volgens Zegveld uit autopsierapporten, geluidsbanden van de actie en getuigenverklaringen van mariniers zelf.

De landsadvocaten ontkennen dat er sprake is van een geheim bevel of executies. Ze drongen aan op een eindvonnis, ook om een "eind te maken aan dit circus".

Bron: Belga