Erasmus gaat digitaal

Met online debatten, cursussen en projectgroepen wil de Europese Commissie haar succesvolle programma Erasmus+ nu ook een digitale poot geven. De Commissie hoopt de komende twee jaar minstens 25.000 jongeren uit Europa en het Middellandse Zeegebied te betrekken bij dit virtuele alternatief voor een verblijf in het buitenland. Het nieuwe "Erasmus+ Virtuele Uitwisseling" richt zich tot 18- tot 25-jarigen uit de 33 landen die deelnemen aan Erasmus+ en hun leeftijdsgenoten in Algerije, Egypte, Israël, Jordanië, Libanon, Libië, Marokko, de Palestijnse gebieden, Syrië en Tunesië. "Het zal bruggen bouwen en vaardigheden zoals kritisch denken, mediageletterdheid, het spreken van vreemde talen en teamwork helpen ontwikkelen", legt eurocommissaris voor Onderwijs Tibor Navracsics uit.

Het nieuwe programma moet jongeren, jeugdwerkers, studenten en academici uit de meer dan veertig landen digitaal verbinden via debatten, transnationale projectgroepen en open cursussen. Zo kunnen ze bijvoorbeeld eens per week online samenkomen om onder leiding van een moderator onderwerpen zoals economische trends of de klimaatverandering te bespreken.

Volgens Navracsics wekt het idee veel interesse bij universiteiten en jongerenorganisaties. Er zijn reeds 50 partnerschappen afgesloten en 40 mensen kregen een opleiding om debatten te leiden en te modereren. Tot eind dit jaar loopt een testfase met minstens 8.000 jongeren. Het is de bedoeling het project tot eind 2019 te verlengen en nog eens 17.000 mensen te bereiken.

Ook Erasmus+ ondersteunt overigens leer- en onderwijsmobiliteit tussen de Europese Unie en haar zuidelijke buurlanden. Sinds 2015 zijn meer dan duizend projecten gefinancierd, waardoor zo'n 15.000 studenten en medewerkers van universiteiten uit de regio naar Europa kunnen en meer dan 7.000 Europeanen in het zuiden kunnen lesgeven of studeren.

bron: Belga