Bijna 1.000 leerlingen in huisonderwijs in schooljaar 2016-2017

door
Belga
Leestijd 2 min.

Vorig schooljaar hebben 983 leerlingen huisonderwijs gevolgd. Dat zijn er 95 (of 10,7 procent) meer dan de 888 leerlingen het jaar voordien. Het aandeel leerlingen in huisonderwijs blijft wel vrij stabiel en bovendien erg beperkt. Zo gaat het in het basisonderwijs bijvoorbeeld om amper 0,08 procent van de leerlingen. Dat blijkt uit cijfers van het Agentschap voor onderwijsdiensten (Agodi). De cijfers tonen wel dat het aantal controles door de onderwijsinspectie fors is toegenomen. In België is er leerplicht, geen schoolplicht. Kinderen van 6 tot 18 jaar kunnen ook aan die leerplicht voldoen door het volgen van huisonderwijs. Uit cijfers van de onderwijsadministratie blijkt dat er vorig schooljaar in totaal 983 leerlingen huisonderwijs hebben gevolgd, 367 leerlingen in het basisonderwijs en 616 in het secundair onderwijs. Dat komt neer op een stijging van respectievelijk 16,5 procent en 7,5 procent. Voor het basisonderwijs gaat het zelfs om het hoogste aantal sinds de registratie in het schooljaar 2003-2004.

Ondanks die stijging blijft het aandeel leerlingen die huisonderwijs volgen in de totale leerlingenpopulatie stabiel. Het gaat ook maar om een erg beperkte groep van 0,08 procent leerlingen in het basisonderwijs en 0,15 procent leerlingen in het secundair onderwijs. Huisonderwijs geven mag ook niet zomaar in Vlaanderen. Er zijn voorwaarden aan gekoppeld en er zijn controles door de onderwijsinspectie. Die controles zijn in het schooljaar 2016-2017 fors opgedreven. Zo waren er afgelopen schooljaar 267 eerste en 27 tweede controles. Dat is een stijging met 40 procent tegenover 2015-2016. Bij twee negatieve controles moet de leerling opnieuw ingeschreven worden in een school. Leerlingen zijn daarnaast verplicht examens af te leggen bij de examencommissie. Als zij na twee pogingen niet slagen voor de examens, moeten ze zich inschrijven in een door de overheid erkende school.

Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) wijst op het evenwicht tussen vrijheid van onderwijs en de noodzaak van kwalitatief onderwijs: "De vrijheid van onderwijs laat ouders toe hun eigen kinderen les te geven via huisonderwijs. Vrijheid van onderwijs is echter geen vrijblijvendheid. Het is belangrijk dat leerlingen die huisonderwijs volgen ook kwaliteitsvol les krijgen".

Ouders die opteren voor huisonderwijs nemen volgens de CD&V-minister dan ook "een grote verantwoordelijkheid op zich". "Zo moeten ze niet alleen een verklaring indienen, maar worden ze ook gecontroleerd door de onderwijsinspectie. Waar en hoe je ook leert, het is belangrijk dat je dezelfde vaardigheden en kennis meekrijgt", besluit Crevits.

bron: Belga