Mondzorg in rusthuizen loont: 35 procent minder tandbederf in 2 jaar

door
Belga
Leestijd 1 min.

Het UZ Gent is erin geslaagd tandbederf bij rusthuisbewoners in twee jaar tijd met 35 procent terug te dringen. Dat blijkt uit een doctoraatsstudie die donderdag is voorgesteld. Aan de start van het project bleek dat niet minder dan 66 procent van de ouderen een behandeling nodig had aan het kunstgebit. Bij bewoners met natuurlijke tanden had zelfs 71 procent nood aan tandheelkundige ingrepen. Het Universitair Ziekenhuis Gent leidde daarom "mondzorgteams" op in 56 woonzorgcentra. Dat levert resultaat op: in beide groepen daalde het probleem met zo'n 35 procent.

Vanaf 2010 werd het probleem in kaart gebracht. "Tweeënveertig procent van de ouderen was tandeloos", zegt doctoraatstudente Barbara Janssens, die destijds 1.226 rusthuisbewoners onderzocht. "Zevenendertig procent van de gebitsprotheses vroeg om herstellingen of vernieuwing. In de groep bewoners met natuurlijke tanden had 77 procent nood aan vullingen of het verwijderen van een of meerdere tanden."

Rusthuisbewoners zijn een risicogroep als het op mondhygiëne aan komt. "Veel bewoners nemen medicatie. Dit leidt tot een droge mond en een verhoogd risico op een slechte mondgezondheid." De analyse toonde aan dat voor elk jaar dat een bewoner ouder wordt, zijn mondgezondheid erop achteruit gaat.

Binnen het programma Gerodent werden mondzorgteams aangesteld in woonzorgcentra en werden mobiele ploegen naar de rusthuizen gestuurd. De behandelnood daalde van 66 procent tot 31 procent. Bij de bewoners met natuurlijke tanden, daalde het aantal mensen met tandbederf van 71 procent naar 37 procent.

bron: Belga