Aanslagen Parijs: "Salah Abdeslam had in Hongarije ontmoeting met neonazi's"

door
Belga
Leestijd 1 min.

Salah Abdeslam, de enige overlevende van het terreurcommando dat de aanslagen van november 2015 in Parijs uitvoerde, zou enkele weken later in Hongarije een ontmoeting hebben gehad met neonazi's. Dat berichtte het Hongaarse nieuwsportaal "zoom.hu" vandaag althans onder aanhaling van bronnen binnen de regering in Boedapest, die niet genoemd wilden worden. Abeslam zou in januari 2016 samengekomen zijn met leden van het militante en extreemrechtse Hongaarse Nationale Front (MNA). Volgens "zoom.hu" werd Abdeslam tijdens zijn verblijf in Hongarije in de gaten gehouden door de Hongaarse geheime dienst. In samenspraak met de Franse en Belgische autoriteiten werd echter afgezien van een arrestatie, om erachter te komen wie hij precies zou ontmoeten. Eigenlijk was een internationaal opsporingsbevel uitgevaardigd tegen Abdeslam. Hij werd vier dagen voor de aanslagen van 22 maart 2016 in Brussel en Zaventem ingerekend.

Het Hongaarse Nationale Front, dat ook banden had met de Russische geheime dienst GRU, gebruikte video's van de terreurorganisatie Islamitische Staat (IS) voor haar eigen propaganda. In oktober vorig jaar doorzocht de politie het huis van MNA-leider Istvan Györkös in de buurt van de stad Györ, in het westen van Hongarije. Györkös schoot daarbij een agent dood en werd vervolgens opgepakt.

In januari 2016 zou een Oostenrijkse toeriste Abdeslam gezien hebben in een koffiehuis in de grensstad Sopron, in het westen van Hongarije. De vrouw maakte daar ook melding van bij de Oostenrijkse politie, zo berichtte de krant Kronen Zeitung toentertijd.

Bron: Belga