De ster van de autosimulatie? Project Cars 2!

Autoliefhebbers worden bij de start van dit nieuwe schooljaar verwend met de lancering van Project Cars 2, Forza Motorsport 7 en Gran Turismo Sport. De eerste in die waanzinnige wedloop is Project Cars 2.
door
Liesbeth
Leestijd 2 min.

In het voorjaar van 2015 kwam Slightly Mad Studios verrassend uit de hoek met Project Cars. Bij gebrek aan een Gran Turismo op PS4 en aan de arcade-inslag van Forza op Xbox One, werd deze game de nieuwe ster van de autosimulatie op console. Twee en een half jaar later krijgt Project Cars 2 de moeilijke taak om die positie te bevestigen. Maar deze keer is de concurrentie hard.

Na een paar rondjes op het circuit merken we dat Project Cars 2 opnieuw simulatiegericht is. Naast het feit dat je de instellingen van je voertuig moet regelen, de temperatuur en de slijtage van je banden en je brandstofverbruik moet beheren, is de game moeilijk om te spelen. Beginners die met een controller spelen, mogen geen te hoge dunk van zichzelf hebben. De minste stuurfout kan je race om zeep helpen. Project Cars 2 is veeleisend, maar geeft veel voldoening. Bovendien kan iedereen zijn gading vinden door wat aan de instellingen en de stuurassistentie te sleutelen.

Ten opzichte van het eerste deel blinkt Project Cars inhoudelijk uit door zijn 60 circuits met 130 parcours en zijn 180 auto's in 9 disciplines, maar evenzeer door een interessante carrièremodus. Ook de grafische vormgeving is verbeterd. De modelvorming van de voertuigen is prachtig, net als de beschadigingen en de decors. De races zijn uiterst personaliseerbaar: je kan overdag of ‘s nachts rijden, in de sneeuw of in de regen, met 2 of 32, in een kart of achter het stuur van de nieuwste Ferrari. Het niet altijd overtuigende snelheidsgevoel is evenwel een minpunt.

Project Cars 2 doet zich gelden als de beste autosimulatiegame van het moment, ook al zal de moeilijkheid sommige spelers afschrikken.

(tw)