Andrey Zvyagintsev observeert ons egoïsme in 'Loveless'

Met een beetje overdrijving zou je kunnen zeggen dat Andrey Zvyagintsev (‘The Return', 'Leviathan') een Russische Dardenne is. Zijn films hebben misschien niet dezelfde stijl als die van de Belgische broers, maar ze gaan evengoed over de moeilijkheden van het leven en de minder vrolijke kantjes van de mens. Krachtig kwaliteitswerk, ook al kom je zelden lachend de cinema uit. En daar is zijn nieuwste film, die traditiegetrouw in de prijzen viel in Cannes, geen uitzondering op.
door
robotredactie
Leestijd 3 min.

Je film gaat over een gebrek aan liefde. Zhenya houdt niet echt van haar zoon en haar mama heeft nooit echt veel liefde voor haar getoond. Kunnen mensen die geen liefde kregen er zelf geen geven?

Andrey Zvyagintsev: "Da's misschien wat te kort door de bocht. Als je Zhenya's mama ziet, zou je inderdaad kunnen denken: Logisch dat zij ook zo is. En het is een feit dat we veel van onze kindertijd en onze ouders erven. Maar dat verklaart niet alles. Op een gegeven moment, wanneer je volwassen wordt, moet je zelf instaan voor je daden. De film gaat ook over egoïsme: soms wordt een kind geboren uit het verlangen om aanvaard te worden als lid van de samenleving. Het wordt dan niet gezien als een volwaardig wezen, maar als een middel om een doel te bereiken. Egoïsme vind je overal en bij iedereen."

In de film zien we vaak beelden van onbekenden die naar hun smartphone staren. Is dat kritiek op het gebrek aan empathie in onze ultra geconnecteerde samenleving?

"Tuurlijk. Sinds ze bestaan, slorpen die gadgets al onze aandacht op. Hoe vaak zie je niet vier vrienden aan een tafel zitten, die allemaal met hun telefoon bezig zijn! Maar egoïsme bestaat uiteraard al veel langer, in andere vormen."

Je film speelt zich af in Rusland, maar die locatie had gelijk waar kunnen zijn. Je herkent geen specifieke plek, alleen de interieurs van appartementen…

"Het is inderdaad een universeel verhaal over de mens, waar die ook is. In Cannes heb ik meer dan honderd journalisten van overal ter wereld ontmoet en niet één vond mijn film exotisch."

De film is gecoproducet door het productiehuis van de broers Dardenne. Hoe ben je bij hen terechtgekomen?

"Hun bijdrage is te danken aan het Franse deel van de coproductie. Zij hebben contact opgenomen met de broers. Ik wist dat pas twee weken voor de opnames begonnen, maar ik was er heel trots op. Ik hou van hun werk. Hun films zijn extreem krachtig. En het zijn twee super getalenteerde mensen. Ik had hen drie jaar geleden al eens ontmoet in de States toen ik met mijn Amerikaanse distributeur, Michael Barker van Sony Classics, op restaurant ging. Zij zaten daar ook. Michael heeft ons aan elkaar voorgesteld, maar we hadden elkaar sindsdien niet meer teruggezien. Een van de broers is later naar Moskou gekomen voor een masterclass en ik had gehoord dat hij erg lovend was over mijn films."

Je zou kunnen zeggen dat er een verwantschap is tussen jullie werk. Vooral het nogal pessimistische standpunt over de meedogenloosheid van het bestaan. Beschouw je jezelf als een pessimist?

"Je kan inderdaad moeilijk beweren dat mijn films komedies zijn. Maar pessimistisch? Dat weet ik niet… Op de set ging het er heel vrolijk aan toe. Er hing een positieve energie. Laat ons zeggen dat ik een optimist ben die de wereld bekijkt met een tragisch geweten. Ik ben niet meteen van plan een komedie te maken, maar zeg nooit nooit!"

Over liefde gesproken… Wat was de laatste film waar je verliefd op was?

"Silence, de laatste van Martin Scorsese. Ik kan je urenlang vertellen waarom, maar kort samengevat omdat het gaat over geloof en het onuitgesprokene van religie. Het doet me denken aan de Scorsese uit de hoogdagen. Compleet anders en veel minder commercieel dan zijn laatste films."

Elli Mastorou