Brussels Parlement breidt anti-discriminatiewetgeving uit

door
Belga
Leestijd 2 min.

Het Brussels Parlement heeft de Brusselse anti-discriminatiewetgeving uitgebreid naar de levering van goederen en diensten. De bewijslast wordt ook omgekeerd in het voordeel van de gediscrimineerde persoon. Ook de discriminatie van transgenders of discriminatie op basis van genderidentiteit en genderexpressie wordt strafbaar. Enkel Vlaams Belang stemde tegen en er was één onthouding van N-VA. Tot voor kort bleef de anti-discriminatiewetgeving beperkt tot het openbaar ambt, tewerkstelling en huisvesting. Nu wordt dat uitgebreid met sociale bescherming, sociale voordelen, toegang tot goederen en diensten en toegang tot economische, sociale, politieke en culturele activiteiten. Wie een klacht heeft ingediend, kan zich bij de rechtbank laten vertegenwoordigen door organisaties als Unia of Het Instituut voor de Gelijkheid van Mannen en Vrouwen.

"Als een vrouw met haar blindengeleidehond de toegang tot een restaurant geweigerd wordt, moet ze klacht kunnen indienen. Als een man van Afrikaanse origine de toegang tot een taxi geweigerd wordt omwille van zijn huidskleur, moet hij klacht kunnen indienen. De straffeloosheid rond discriminatie moet stoppen", zegt Brussels staatssecretaris voor Gelijke Kansen Bianca Debaets (CD&V). "De discriminatiewetgeving in Brussel krijgt met deze wetgeving sterke tanden. Discriminatie is onwettelijk en voedt bovendien het wantrouwen en onbegrip in de maatschappij. Door de bewijslast om te keren, gaan we in een hogere versnelling in de strijd tegen discriminatie."

VB-fractievoorzitter Dominiek Lootens stemde tegen, omdat Vlaams Belang tegen het principe van de omkering van bewijslast is. "Dat niet meer de beschuldiging van discriminatie moet worden bewezen, maar dat de beschuldigde integendeel zijn onschuld moet bewijzen, druist in tegen ieder rechtsprincipe en tegen het gezond verstand", vindt hij. Ook het aanwijzen van Unia als bevoorrecht partner is voor het Vlaams Belang meer dan één brug te ver.

Cieltje Van Achter (N-VA) onthield zich, omdat ze vond dat de Brusselse regering beter een kaderordonnantie rond discriminatie had opgesteld. "Deze ordonnantie is erg gebruiksonvriendelijk", klonk het. Ze had ook vragen bij de rol en opdracht van Unia in het Brussels gewest.

bron: Belga