DiRT 4: leuk maar veeleisend

Na het geslaagde maar specialistische ‘DiRT Rally' is de franchise terug met een toegankelijkere episode. Op het programma deze keer niet alleen rally, maar ook andere disciplines.
door
Liesbeth
Leestijd 2 min.

Van bij het begin toont ‘DiRT 4' al meteen zijn goeie wil met de keuze uit twee spelmodi: Een ontspannende arcadeversie of een echte, veeleisende simulatie. Na een ommetje langs de DiRT Academy – waar je alle basic skills leert – ben je klaar om je carrière als rallypiloot te lanceren. Je begint onderaan de ladder, in de plaatselijke rally van Michigan. Maar al snel heb je een pak meer vermogen onder de kap en mag je ook proeven van andere disciplines.

Racen met buggy's en trucks

In DiRT 4 kan je niet alleen racen met rallywagens, maar ook met buggy's en trucks. Dat geeft de game een extra pittige dimensie. En die is meer dan welkom, want in tegenstelling tot de eerste, resoluut arcadegetinte episodes, is ‘DiRT 4' erg technisch en niet altijd even fun. Fans van gymkana kunnen wel nog hun hartje ophalen met de proeven waarin je zoveel mogelijk blokken kapot moet rijden binnen een bepaalde tijd.

In de garage staan een vijftigtal iconische rallywagens en recentere modellen. Je racet in Australië, de States, Spanje, Zweden, Wales en Mexico. De fans hadden ongetwijfeld op meer gehoopt… En dan zijn er nog de graphics. Die zijn matig voor een game anno 2017. De voertuigen zijn mooi gemodelleerd, maar enkele details zoals de plassen en de bomen laten het wat afweten.

DiRT 4 is een degelijke rallygame, maar de titel van Codemasters heeft te lijden onder zijn positionering. Langs de ene kant niet genoeg simulatie voor puristen die zweren bij ‘DiRT Rally', en anderzijds niet genoeg fun voor de fans van ‘DiRT 3' en ‘DiRT Showdown'. Uiteindelijk blijven beide doelgroepen een beetje op hun honger zitten.

(tw)