'Succesverhaal' in Niger damt migratiestroom naar Europa nog niet in

door
Belga
Leestijd 2 min.

Steeds meer Afrikanen wagen de oversteek naar Italië, ook vanuit de vijf landen waarmee de Europese Unie al enkele maanden intensieve gesprekken voert over partnerschapsakkoorden om de migratiestromen onder controle te brengen. Toch begint de samenwerking vruchten af te werpen, zo stelt een voortgangsrapport dat de staatshoofden en regeringsleiders donderdag op een top in Brussel bespreken.

De Europeanen besloten in juni gesprekken te starten met Mali, Senegal, Ethiopië, Niger en Nigeria over op maat gemaakte migratiepartnerschappen. Europees geld voor lokale werkgelegenheid en economische ontwikkeling zou de drijfveren achter migratie aanpakken, de samenwerking tegen mensensmokkel zou opgevoerd worden en de Afrikaanse landen zouden zich inschikkelijker moeten opstellen om afgewezen asielzoekers en andere migranten terug te nemen.

Het initiatief levert al resultaten op, zo claimt de Europese Commissie in het rapport. Vooral Niger wordt aangekruist als een succesverhaal. Het land, en dan vooral de stad Agadez, is een belangrijk knooppunt op de migratieroute naar Europa. In mei doorkruisten er maandelijks nog 70.000 migranten de Sahara op weg naar het noorden van Afrika, in november was dat aantal gedaald tot 1.500. Er zijn ook ruim honderd mensensmokkelaars opgepakt.

Maar dat vertaalt zich voorlopig niet aan de Italiaanse kusten. Het aantal migranten dat er arriveerde, steeg van 144.000 in 2015 tot meer dan 173.000 dit jaar. Meer dan 4.200 mensen verdronken op zee. Bijna 60.000 migranten kwamen uit één van de vijf partnerlanden. Allicht wachtten velen al langer in Libië op een kans om de oversteek te wagen. Aan ramingen over het aantal potentiële bootvluchtelingen in het onstabiele land wagen Europese ambtenaren zich liever niet.

Het rapport erkent dat er nog werk op de plank ligt om het potentieel van de partnerschappen volledig te benutten. Zo worden beleidsdomeinen als handel, energie en landbouw nog te weinig als stok achter de deur gebruikt in de migratiesamenwerking. Ook de heropname van migranten blijft een bijzonder moeilijk verhaal. Dit jaar werden vanuit de Europese Unie 2.700 onderdanen van de vijf partnerlanden teruggebracht naar hun land van oorsprong.

Eén van de belangrijkste financieringsbronnen is het trustfonds voor Afrika dat vorig jaar op een top in Malta boven de doopvont werd gehouden. Dat bevat intussen 2,5 miljard euro, hoofdzakelijk geld uit Europese potten. Ongeveer één miljard euro is reeds gemobiliseerd, voor meer dan zestig projecten.

bron: Belga