Inspectie Financiën stad Antwerpen kritisch over Eandis-deal

door
Belga
Leestijd 2 min.

De Inspectie Financiën van de stad Antwerpen stelt zeer ernstige vragen bij de deal tussen distributienetbeheerder Eandis en een dochter van Chinese staatsbedrijf State Grid. Dat meldt MO*. Een opschortende voorwaarde, als de fusie tussen de zeven distributienetten niet zou doorgaan, wordt vanonder het stof gehaald. De inspectiedienst relativeert de prijs van 830 miljoen die de Chinezen betalen, want het verschil tussen de netto-actiefwaarde van het belang in Eandis en de aankoopsom (de zogenaamde commerciële premie van 345 miljoen euro), staat aan verwatering bloot. Dat komt omdat elk jaar dat State Grid na 2025 aandeelhouder blijft, het één procent van die premie terugkrijgt. "Indien de overeenkomst na 2047 zou verlengd worden en deze afspraak behouden zou blijven, verwerft de private partner een steeds groter procentueel deel in de commerciële premie zonder enige maximumgrens", citeert MO* uit het advies.

Voorts stelt de inspectie zich onder meer vragen over de invloed die State Grid zal verwerven. De steden en gemeenten zullen dan wel 80 procent + 1 stem behouden, toch kan State Grid in het operationele via zogenaamd uitstaprechten "een substantiële invloed uitoefenen". Voor elf bijzondere bestuursbeslissingen kan State Grid om uitstel verzoeken en als er geen vergelijk gevonden worden, beslissen om uit Eandis te stappen. De inspectie vraagt zich in dat kader zelfs af of het decreet over de intergemeentelijke samenwerking niet overtreden wordt.

Opmerkelijk is wel volgende opschortende voorwaarde. Vóór het agendapunt van de kapitaalsverhoging, beslissen de 230 steden en gemeenten op 3 oktober over een fusie tussen de zeven Eandis-intercommunales en hun distributienetten die samen Eandis Assets zullen vormen. Maar zonder fusie komt er geen Chinese intrede, aangezien een intrede in de zeven afzonderlijke distributienetten quasi onmogelijk is. En zo komt men bij Antwerpen, die het behoud van zijn lage tarieven als voorwaarde voor de fusie stelde, terwijl de VREG maar in een overgangsperiode van twee jaar aparte tarieven wil toestaan.

bron: Belga