Vlaamse sociale inspectie stelt in bijna 1 op 3 dienstenchequebedrijven inbreuken vast

door
Belga
Leestijd 1 min.

De Vlaamse overheid is sinds 1 mei 2015, als gevolg van de zesde staatshervorming, bevoegd voor de inspectie en sanctionering van dienstenchequebedrijven. Ze voerde het voorbije jaar 200 inspecties uit. In 62 ondernemingen, of bijna één op drie, werden inbreuken vastgesteld. Dat blijkt uit het jaarverslag "Toezicht en Handhaving", oftewel het jaarverslag van de Vlaamse sociale inspectie. In totaal wordt ruim 1,8 miljoen euro teruggevorderd van de sector. De meeste onderzoeken gebeurden 'ad hoc', naar specifieke verdachte elementen. Daarnaast waren er ook 70 volledige doorlichtingen, op alle aspecten van de regelgeving. Alle nieuwe dienstenchequebedrijven -slechts 6- werden eveneens geïnspecteerd.

In totaal werden er dus in 62 bedrijven inbreuken vastgesteld. Per bedrijf gaat het gemiddeld om 3 inbreuken. De zwaarste inbreuken hebben betrekking op verboden activiteiten (strijkateliers die ook andere activiteiten laten betalen met dienstencheques) of op ondernemingen die meer dienstencheques indienen dan er gewerkte uren konden worden aangetoond. Andere regelmatig voorkomende inbreuken zijn het innen van cheques voor werken die nog niet uitgevoerd zijn, of een gebrekkige registratie.

Uiteindelijk werd aan 7 bedrijven een Pro Justitia opgesteld, terwijl aan 21 bedrijven een voorstel tot terugvordering is overgemaakt. Het gaat om een totaalbedrag van 1.865.741 euro, al merkt het rapport wel op dat het bedrag naar boven is gehaald "door vier zeer zware terugvorderingen" van in totaal meer dan 1,6 miljoen euro. Daarnaast zijn er nog twee fraudedossiers die voldoende ernstig werden bevonden om een intrekking van de erkenning en/of inhouding van de betaling voor te stellen.

bron: Belga