Terreuraanslagen zorgen voor te zware werkdruk voor justitie

door
Belga
Leestijd 2 min.

De terreuraanslagen in ons land hebben gezorgd voor een zware belasting van de justitie- en veiligheidsdiensten, die onvoldoende opgewassen dreigen te zijn tegen "een criminaliteit die geen landsgrenzen kent en steeds meer technologische en financiële middelen inzet". Dat stelt het College van procureurs-generaal, dat bevoegd is voor de uitwerking en de coördinatie van het strafrechtelijk beleid, in zijn jaarverslag voor de voorbije drie jaren. Het College van procureurs-generaal heeft door "de bijzondere werklast die uit de vele lopende hervormingen voortvloeit" één rapport opgesteld voor de periode 2013-2015. Het verslag, dat Belga kon inkijken, verwijst ook naar de aanslagen in Zaventem en de Brusselse metro. "Eerst en vooral hebben de opeenvolgende dramatische gebeurtenissen, gaande van de aanslag op het Joods museum tot de terreuraanslagen van 22 maart 2016, gezorgd voor een zware belasting van de instanties die voor justitie en veiligheid instaan. De gespecialiseerde gerechtelijke en politiediensten hebben ten volle hun rol gespeeld en het onderzoek op professionele wijze aangepakt", stelt Johan Delmulle, de voorzitter van het College van procureurs-generaal.

"De goede wil van deze diensten alleen volstaat evenwel niet om het hoofd te kunnen bieden aan de bijkomende werklast en de uitdagingen van een criminaliteit die geen landsgrenzen kent en steeds meer technologische en financiële middelen inzet. Sommige wetten werden goedgekeurd om het werk van de speurders te vergemakkelijken. Dit is onvoldoende om de bijkomende werkdruk te compenseren en deze uitdagingen aan te gaan", besluit Delmulle, die voorheen aan het hoofd stond van het voor terrorisme bevoegde federaal parket.

bron: Belga