Pro Deo-advocaat haalt mooie slag thuis? Alsnog betalen

door
Belga
Leestijd 2 min.

Houd je met de hulp van een pro-Deoadvocaat een aardige duit over aan een gewonnen rechtszaak, dan bestaat voortaan de kans dat je hem alsnog zelf moet betalen. Toch wanneer de opbrengst zo hoog is dat je niet langer in aanmerking komt voor tweedelijnsbijstand. Dat blijkt uit het wetsontwerp dat Justitieminister Koen Geens (CD&V) klaar heeft. De hervorming van de pro Deo verloopt niet rimpelloos. Vorige maand nog legden Antwerpse advocaten even het werk neer uit protest tegen de volgens hen te lage en laattijdige betalingen in ruil voor de tweedelijnsbijstand. Tegelijk maakt de forse stijging van het aantal pro-Deozaken een hervorming dringend.

Doel is het pro-Deosysteem betaalbaarder te maken, onder meer door nieuwe financieringsbronnen aan te boren. Eerder raakte al bekend dat Geens grondigere controles wil op alle bestaansmiddelen van wie er beroep op doet, dus ook spaargeld of (on-)roerende inkomsten. Afgezien van enkele uitzonderingen verwacht de minister voortaan ook van iedereen een bescheiden bijdragen per procedure. En ook heffingen op bepaalde boetes moeten geld in het laatje brengen.

Bovendien, zo blijkt nu uit het wetsontwerp, zullen pro-Deoadvocaten voortaan alsnog een factuur mogen sturen wanneer de rechtszaak hun cliënt een aardige cent heeft opgeleverd. Cruciale vraag daarbij is of de betrokkene nog recht zou gehad hebben op tweedelijnsbijstand indien het geld al beschikbaar was geweest op de dag van de aanvraag. De beoordeling is voor het bureau voor juridische bijstand.

Geens bouwt wel beperkingen in. Zo kan de advocaat geen bedrag innen dat hoger is dan 150 procent van wat hij als pro-Deovergoeding zou krijgen. Tenzij de rechtszaak echt uitzonderlijk veel heeft opgeleverd. Dan kan het bureau alsnog een afwijking toestaan en de advocaat op normale wijze laten vergoeden. "Het spreekt vanzelf dat deze hypothese zich in de praktijk niet vaak zal voordoen", nuanceert Geens wel meteen.

Sleutelen aan de puntenverdeling die de betalingen van de advocaten regelt, doet Geens met deze tekst niet. Dat is voor een afzonderlijk ministerieel besluit. Wel krijgt de Orde van Advocaten een grotere rol bij het beheren van de lijst met advocaten die pro-Deozaken willen doen. Tegelijk moet de orde toezicht houden op de kwaliteit van de tweedelijnsbijstand, desnoods met sancties.

bron: Belga