Bevergem Live: “Bevergem is gebaseerd op onze jeugd”

De Ha! van Humo, zeven nominaties voor de televisiesterren en het kijkcijferkanon van Canvas. Bevergem is een echt prijsbeest. Wat doet dat met jullie?

Bart: “Natuurlijk zijn we er allemaal trots op. Als er meer dan 600.000 mensen zappen naar Canvas, dan spring je een gat in de lucht. En ze blijven nog kijken ook. We hebben er hard voor gewerkt. We waren ambitieus toen we het aan het schrijven waren. Ergens hadden we wel een vermoeden dat we goed bezig waren, maar dat het zo gehypet zou worden, hadden we natuurlijk niet verwacht.

Ann: “Inderdaad. Het is een mooie beloning en ik denk dat het ook meehelpt om Canvas terug op de kaart te zetten. Eindelijk staan ze ook in de lijst om zoveel sterren te krijgen. Maar de opzet was niet om te scoren. De bedoeling was om een persoonlijke reeks te maken. Dat is gelukt. Nu krijgt het nog een staartje met deze shows. Het is fijn dat het nog niet helemaal afgesloten is.”

Hoe kwam Bevergem Live tot stand?

Bart: “De band is ontstaan toen we met de serie bezig waren. Bevergem is gebaseerd op onze jeugd en hoe die er nu zou uitzien. Daarom kozen we een reeks iconische nummers van eind jaren 70 tot de jaren 80. Van Fleetwood Mac, Supertramp, Grace Jones tot en met Cindy Lauper. Toen ik al die nummers beluisterde, leek het me mooi om alles na elkaar te spelen. Toen de reeks een succes werd, dacht ik waarom niet?”

Ann: “De nummers die we brengen, komen ook op een stereotiepe manier als cover in de serie. Eén van die nummers is ‘Strange I've seen that face before' van Grace Jones. Toen dat nummer uitkwam, zat ik in een soort reggaeperiode. Het is nog altijd een van mijn favoriete dansplaten en het past bij mijn personage Martine. Over mijn zangkwaliteiten ga ik niet te veel stoefen. Dat komt in Bevergem live niet echt op de eerste plaats. We komen niet als onszelf, maar als ons personage die nummers brengen.”

Bart: “Zingen heb ik altijd graag gedaan. Het is voor iedereen leuk om een rockconcert te geven. Het is ook echt de vibe van een concert. Zo zing ik heel graag ‘Johnny Was' van Bob Marley en het openingsnummer, maar dat ga ik niet verklappen.”

Je brengt ook een ode aan Luc De Vos?

Bart: “Luc De Vos was een goede maat van me. Ik zei altijd tegen Luc ‘We gaan Bevergem maken en je gaat dat de max vinden'. Luc had een ongelooflijk gevoel voor humor. Tijdens de opnames van Bevergem is mijn ex-vriendin gestorven en twee maanden later Luc. Daarom brengen we een ode in de vorm van een gevoelig nummer. Gewoon om te zeggen dat het spijtig is dat deze twee mensen Bevergem nooit gezien hebben. Luc zou het fantastische gevonden hebben.”

Is Freddy ook de macho op de scène?

Bart: “Ik ben de master of ceremony”

Ann: “Zoals in de serie praat hij alles aan mekaar, maar op z'n Freddy's natuurlijk. Een klein beetje het publiek schofferen hoort daar ook altijd bij.”

Bart: “We gaan zien hoe ze zich voelen (lacht). Maar ik doe dat overal hè, niet alleen in Antwerpen.”

Er wordt ook flink West-Vlaams gesproken?

Ann: “Daar kunt ge niet buiten hè. We zijn van Bevergem en moeten Bevergems klappen hè.”

Hoe ver gaat jullie liefde voor het West-Vlaams?

Bart: “Ik woon al twintig jaar in Gent. Mijn roots liggen aan de grens. Freddy is eigenlijk van Menen, ik ben van Rekkem, het dorpje ernaast. Mijn familie woont er nog, dus ik kom er nog regelmatig.”

Ann: “Ik ben in Zwevegem geboren, uit Brabantse ouders weliswaar, maar ik heb mijn jeugd in Zuid-West Vlaanderen doorgebracht. Al mijn jeugdvrienden komen van daar. Ik vond het fantastisch om voor de eerste keer in het West-Vlaams te acteren. Het was op een sentimentele manier leuk om te doen.”

Bart: “Wannes Capelle en ik hebben aan de serie meegeschreven omdat we bezig zijn met de poëzie van het West-Vlaams. Het moet klinken hè. Het is niet zonder reden dat Wannes zingt in die taal en dat ik ze spreek in mijn comedyprogramma's. Het is gewoon mooi.”

Wat is jullie favoriete uitdrukking in het West-Vlaams?

Bart: “Ze vragen me dat altijd en ik weet nooit wat ik daarop moet zeggen.” (lacht)

Ann: “Vuele pulle, plankgas geven, er honderd procent voor gaan.”

Bart: “Het woord prente heb ik ooit opgevangen in Menen. Jaren later is dat een eigen leven gaan leiden. Nu zegt heel West-Vlaanderen prente. Ik vind dat een schoon woord. Het komt stoer over, maar het is ook heel lief. Het komt van beeldje, prentje. Je zou ook grietje kunnen zeggen, maar het is veel liever. ‘'t Is maar een prente hè' zegt Freddy, je moet niet altijd kijken naar die wijven.”

Bevergem heeft een hoog maatschappijkritisch gehalte. Was dat bewust?

Ann: “Het was de bedoeling om er toch wat meer in te steken. Het is eerder levensbeschouwelijk.”

Freddy “Van opleiding ben ik cultuursocioloog. Ik ben altijd geïnteresseerd geweest in zo'n dingen. Freddy geeft in Bevergem altijd een eindbeschouwing, een kleine commentaar die tegendraads en paradoxaal is. Ik vind het geestig om daarmee te spelen. Eigenlijk is Freddy een toogfilosoof. Hij ziet er niet slim uit, maar zegt wel slimme dingen.”

Veel scènes spelen zich af in de kringloopwinkel. Gaan jullie daar ook in je vrije tijd shoppen?

Ann: “Ik was vroeger nogal second hand minded. Nu koop ik al mijn kleren als ik in Engeland ben.”

Bart: “Ik loop daar dikwijls binnen. Ik heb liever dingen in mijn huis die al geleefd hebben dan spullen uit de Ikea. Maar het mag ook niet uit elkaar vallen hè.”

Deed het deugd om eens andere figuur neer te zetten dan Doortje van de Kampioenen?

Ann: “Het was de ideale manier om een andere kant te laten zien. Dat typecasten, daar heb je als acteur niet veel controle over. Ik verdenk er veel regisseurs ervan dat ze zich baseren op het meest recente werk dat je hebt gedaan. Het kan dus goed zijn dat ik in de toekomst van die wanna be bimbo's moet spelen zoals Martine. Dat is plezant want dat ligt tamelijk ver van me af.”

Hoeveel zit er van Bart in Freddy en omgekeerd?

Bart: “In het begin was Freddy een gimmick, een marginaal. Maar na twintig jaar is hij meer en meer opgeschoven naar mij. Het is een medium om een getransformeerde versie van Bart Vanneste te spelen. Omdat Freddy niet echt in een universitair milieu past, is het logisch dat hij de dingen veel botter benoemt. Dat is mijn leidraad. Als je humor maakt, moet je zorgen dat er voor iedereen iets op te pikken is. Je kan geen personage brengen die woorden gebruikt, die de helft van de mensen niet begrijpt.”

Zie je jezelf ooit een ander personage spelen dan Freddy?

Bart: “Ik zie mezelf zeker iemand anders spelen. Ik ben zelfs bezig met een nieuw project waarin ik Freddy niet zal spelen. Voor het podium of een cabaretprogramma zie ik geen reden om Freddy te veranderen. Het is altijd leuk om te horen wat Freddy over iets gaat zeggen.”

Zou Bevergem een internationaal parcours kunnen afleggen?

Bart: “We hebben opzettelijk geprobeerd om geen dingen te tonen die enkel Vlamingen begrijpen. Ik weet niet hoe ver het staat, maar we gaan inderdaad versies met ondertitels maken. Het grote nadeel is dat de meeste landen een dubbing-cultuur hebben. Dat zou toch veel van de kracht van Bevergem wegnemen.”

Arne Rombouts