Pakistan begint militaire operatie na bloedbad Lahore

Pakistan start een speciale paramilitaire operatie in de provincie Punjab, als reactie op de aanslag die zondag in provinciehoofdstad Lahore aan meer dan zeventig mensen het leven kostte. De Pakistaanse premier Nawaz Sharif heeft beloofd radicale ideologieën uit het land te verdrijven.
door
Jolien
Leestijd 2 min.

De Pakistaanse regering gaat in Punjab, de meest welvarende provincie van het land, speciale bevoegdheden aan het leger geven in de strijd tegen islamitische extremisten. Dat hebben bronnen binnen de regering en het leger tegen het Britse persbureau Reuters gezegd. «Ons doel is om niet alleen de terroristische infrastructuur te ondermijnen, maar ook het extremistische gedachtegoed dat onze manier van leven bedreigt», aldus premier Nawaz Sharif.

Zondag blies een zelfmoordterrorist zich op tussen geparkeerde auto's aan de ingang bij het Gulshan-e-Iqbal Park in Lahore, niet ver van een kinderspeeltuin. Zeker 72 mensen kwamen om het leven, waaronder 35 kinderen. Er vielen minstens 350 gewonden. In de kinderspeeltuin was het erg druk vanwege het paasweekend. Veel gewonden bevinden zich in kritieke toestand, waardoor het dodental nog flink kan toenemen.

De aanslag werd opgeëist door een splintergroep van de Taliban en stelde dat christenen het doelwit waren, die zondag het paasfeest vierden. In het islamitische Pakistan wonen zo'n drie miljoen christenen. In Lahore bestaan 5% van de bevolking uit christenen.

De premier van Punjab, Shehbaz Sharif, heeft drie dagen van nationale rouw afgekondigd. Ook openbare plaatsen zoals parken blijven voorlopig gesloten. Al meer dan een jaar had de provincie geen omvangrijke aanslag meer meegemaakt.

VN secretaris-generaal Ban Ki-moon en de hoge buitenlandvertegenwoordiger van de Europese Unie, Federica Mogherini, hebben de aanslag al scherp veroordeeld. Ook vicepremier en minister van Buitenlandse Zaken Didier Reynders (MR) laat weten mee te leven met de gewonden, en het «blinde en moordende geweld» te verwerpen.

Foto AFP / A. Ali