Ook journalistiek valt onder bredere definitie terrorisme die Erdogan wil invoeren

Na de nieuwe aanslag in Ankara, afgelopen zondag, wil de Turkse president Recep Tayyip Erdogan de terreurwetten in het strafrecht opnieuw, en breder, definiëren. Die herdefiniëring zou betekenen dat ook journalistiek onder terreur kan vallen. Er is geen verschil tussen "een terrorist die beschikt over een geweer of een bom en zij die hun positie en pen gebruiken om de doelen van de terroristen te bereiken", citeerde het persbureau Anadolu Erdogan. Hij noemde journalisten, parlementsleden of activisten. "De titel van parlementslid, academicus, auteur, journalist of ngo-directeur verandert niets aan het feit dat zo iemand eigenlijk een terrorist is", aldus nog Erdogan. "We kunnen niet langer tolereren dat zij die opgepakt worden door onze veiligheidsdiensten omdat ze terreurorganisaties steunen, het gerechtsgebouw meteen weer kunnen verlaten. Het gaat hier niet om vrijheid van meningsuiting of persvrijheid."

Bij zijn toespraak zei Erdogan ook dat de verantwoordelijken voor de aanslag van zondag nog niet gevonden zijn. De aanslag is ook nog niet opgeëist, maar Erdogan zei dat de bewijzen "bijna zeker" in de richting van de verboden Koerdische Arbeiderspartij PKK wijzen. Maandag begon het Turkse leger ook met luchtaanvallen op posities van de Koerdische rebellen in het noorden van Irak.

Na de aanslag werden Facebook en Twitter (opnieuw) geblokkeerd in het land. En begin deze maand werd de oppositiekrant Zaman door de overheid overgenomen. Al elf mensen zijn opgesloten in het onderzoek naar de aanslag.

Bij de aanslag kwamen 37 mensen om en vielen 120 gewonden. Vorige maand kwamen al 28 mensen om bij een aanslag in Ankara. En bij een dubbele zelfmoordaanslag tijdens een Koerdische protestactie vielen in oktober vorig jaar meer dan 100 doden.

bron: Belga