Vlaamse moeders zijn steeds angstiger

Vrouwen die mama worden, leggen de lat veel te hoog en voelen zich steeds vaker angstig. Dat blijkt uit een studie van het weekblad Libelle bij 1.679 Vlaamse moeders.
door
Liesbeth
Leestijd 2 min.

Een kindje krijgen, je onmiddellijk ontwikkelen tot een bedreven moeder en het kersverse moederschap zonder probleem kunnen combineren met een drukke job: deze roze wolk wordt de laatste tijd steeds vaker en luider doorprikt. Een postnatale depressie zou zelfs een van de meest onderschatte ziektes zijn. Zo kampt bijna één op de zes moeders ermee.

Dat het leven van jonge mama's niet constant rozengeur en maneschijn is, blijkt ook uit een uitgebreide studie van Libelle. Een rondvraag bij 1.679 moeders leert dat ze onzekerder zijn dan ooit. Ze zijn onder meer bezorgd dat hun kinderen in een gewelddadige samenleving terechtkomen, dat ze geen werk vinden of dat ze in een ontregeld klimaat moeten leven (zie cijfers onder).

Perfectionisme

«Steeds meer onderwerpen houden ons wakker. Van zorgen over het klimaat tot de perfecte outfit van je kroost», klinkt het. «Een goede moeder zijn volstaat niet langer. We willen de best mogelijke moeder zijn, op elk vlak. En dat eist zijn tol.» Hoewel drie op de vier mama's werk belangrijk vinden voor de zelfontplooiing, worstelt bijna twee op drie (63%) om het leven als mama en werknemer te combineren.

Ook Kind & Gezin merkt dat ouders op alle fronten steeds beter willen presteren. «Mensen willen het maximale uit hun job én hun gezin halen. Dat vraagt heel wat organisatie», vertelt Leen Du Bois, woordvoerder van Kind & Gezin aan Metro. «Daarbovenop zoeken ouders zelf veel informatie op Facebook en het internet. Door het overaanbod zijn ze vaak verward. Tijdens consultaties is het duidelijk dat ouders hierdoor aan zichzelf twijfelen en bij elke nieuwe stap of probleem geruststelling zoeken.»

Kopzorgen van de Vlaamse moeders: cijfers

  • Dat de kinderen niet kunnen studeren
  • Vroeger: 31% — Nu: 17%

  • Dat ze geen werk zullen vinden
  • Vroeger: 41% — Nu: 56%

  • Dat hun levensstandaard lager zal liggen
  • Vroeger: 17% — Nu: 29%

  • Dat ze in een gewelddadige samenleving terechtkomen
  • Vroeger: 15% — Nu: 67%

  • Dat ze in een ontregeld klimaat moeten leven
  • Vroeger: 2% — Nu: 20%

  • Niets in het bijzonder
  • Vroeger: 6% — Nu: 30%