Emma Watson: «Ik voel me een bedrieger»

De bekende Britse actrice lijdt, zoals veel andere succesvolle vrouwen, aan het ‘oplichterssydroom'.
door
Heleen
Leestijd 2 min.

Emma Watson was pas 11 jaar oud toen ze haar debuut maakte als actrice in de film ‘Harry Potter en de Steen der Wijzen'. Toch vindt ze het – vele jaren en films later – heel ongemakkelijk om erkenning te krijgen voor haar werk. “Ik voel me echt als een bedrieger”, vertelt ze aan Vogue.

Watson is zeker niet de enige jonge vrouw die daarmee worstelt. Ook voor de Amerikaanse scenariste Diablo Cody klinkt het zeer herkenbaar. Zij won meer dan vijftien prijzen voor het script van de film ‘Juno', waaronder een Oscar. “Het enige wat me een beter gevoel geeft, is weten dat ik omringd ben door andere oplichters”, zei ze daarover in een interview.

Er bestaat dan ook een naam voor het fenomeen: het ‘oplichterssydroom'. Onderzoekers onderzochten dit al in 1978, maar het blijft vandaag nog leven. Wie aan dit syndroom lijdt, is ervan overtuigd dat ze bedriegers zijn en hun succes niet verdienen. Hun succes wijden ze aan toevalligheden. Zo zijn ze ervan overtuigd dat anderen denken dat ze intelligenter of competenter zijn dan ze in werkelijkheid zijn. Ze vrezen dan ook dat ze elk moment ‘ontmaskerd' zullen worden.

Valse bescheidenheid

Het kan ook afgeschreven worden als valse bescheidenheid. Zo werkt Watson al meer dan tien jaar als actrice, studeerde ze af aan de universiteit van Brown en is ze ondertussen ook Goodwill Ambassador van de Verenigde Naties. “Ik zou ook denken dat het valse bescheidenheid is als ik mezelf er niet zo in zou herkennen”, stelt voormalig Cosmopotian-journaliste Linda Kelsey in The Telegraph. “Watson geeft een stem aan alle vrouwen die met deze gevoelens worstelen.”

Ook Kelsey kampte bij elk succes met twijfels. “Toen ik aangenomen werd bij Cosmopolitan, dacht ik dat mijn bazen snel zouden beseffen dat ze een fout hadden gemaakt”, vertelt Kelsey. “Ik schreef drie boeken, maar vindt het ontzettend moeilijk om mezelf een auteur te noemen. En als ik gevraagd wordt om op conferenties of seminaries te spreken, stel ik me altijd de vraag waarom ze mij vragen. Dan moeten ze echt wel niemand anders vinden.”

Het grootste probleem van de ‘oplichters' is volgens Kelsey dat ze bijzonder hoge en onrealistische standaarden hebben. “Als we niet alles weten, weten we niets. Als het niet perfect is, is het een ramp”, legt ze uit. “Nu ik zestig ben, kan en durf ik eindelijk mijn successen erkennen.”