Belgen zijn echte familiemensen

Belgen hechten veel waarde aan familie, vooral dan vrouwen en twintigers. Dat blijkt uit een onderzoek van het kenniscentrum ILIV bij meer dan 2.000 Belgen.
door
Liesbeth
Leestijd 2 min.

In het dagelijkse leven ligt de focus sterk op familiebanden. 85% van de Belgen vindt familie (heel) belangrijk. Dit geldt zeker voor de vrouwen onder ons: een ruime helft (57%) van de vrouwen vindt familie héél belangrijk, terwijl dit bij mannen minder dan de helft is (42%).

Dit verbaast professor gezinssociologie Dimitri Mortelmans niet. «Vrouwen zijn traditioneel de bewakers van de familiebanden», klinkt het.

Mama's kindjes

Toch zijn het de twintigers die de kroon spannen. 91% vindt de familie (heel) belangrijk, en drie op de vijf twintigers ziet zijn familie minstens eenmaal per week. «We weten dat jongeren steeds langer thuis blijven wonen», legt prof. Mortelmans uit. «Als ze uiteindelijk toch de stap zetten om de ouderlijke woning te verlaten, is het voor beide partijen moeilijk om de navelstreng door te knippen. Ze blijven elkaar dus nog frequent zien, en ouders blijven hun kinderen helpen met praktische zaken. Motel mama dus.»

Oost west, thuis best

Niet alleen jongeren, ook de gemiddelde Belg gaat vaak op familiebezoek (43%). Meer nog, ongeveer de helft van de Belgen blijven vaak in de buurt van het ouderlijke nest wonen.

In tijden van virtuele relaties op Facebook en andere sociale media is het opmerkelijk dat familiebezoekjes een vast onderdeel blijven van het sociale leven van de Belg. Mortelmans verklaart het fenomeen als volgt: «Ouders reageren enthousiaster op een woonst van hun kinderen als die bij henzelf in de buurt ligt. Dit enthousiasme verzilveren ze ook vaker met financiële steun.»

Vrijgevochten grootouders

In mindere mate dan vroeger helpen de ouders echter met de kinderopvang. Dit komt volgens Mortelmans omdat grootouders meer vrijgevochten zijn dan vroeger. «Ze volgen cursussen, gaan op reis, hebben een rijk sociaal leven en zijn niet bereid dat op te geven door de komst van een kleinkind.» Daarnaast werken ze zelf ook meer en langer, waardoor ze niet altijd voor opvang kunnen zorgen. «Met het optrekken van de pensioenleeftijd zal de druk op de officiële opvanginstellingen alleen nog maar toenemen. Een extra uitdaging dus voor het nu al nijpende tekort aan formele kinderopvang», waarschuwt prof. Mortelmans.

Carrièrevrouw, oma en familiemens in hart en nieren

Rita Cuypers (59) is fulltime aan de slag als juriste, maar past elke week op haar kleinkinderen. «Ik heb er bewust voor gekozen om mijn kleinkindjes op te vangen. Ze worden zo snel groot, en ik wil van hen genieten nu het kan.» Maar aangezien Rita's carrière op volle toeren draait, is die opvang niet altijd evident. «Mijn man zegt soms wel eens dat hij op de laatste plaats komt. Het is best druk, maar toch zou ik die tijd met mijn kleinkinderen niet willen missen. Ze geven me energie. Hen samen te zien spelen, ontspant mij.»

(LDC)