Sluiting Renault-fabriek in Vilvoorde werd 20 jaar geleden aangekondigd

door
Belga
Leestijd 2 min.

Maandag zal het dag op dag 20 jaar geleden zijn dat de werknemers van Renault in Vilvoorde te horen kregen dat hun fabriek dicht zou gaan. Meer dan 3.000 mensen zouden hun werk verliezen. De werknemers waren woest en bezetten de fabriek wekenlang. "Zelf heb ik het al een plaats gegeven, maar veel mensen willen er nog niet over spreken", zegt Jan Dereymaeker, die 20 jaar in de fabriek werkte en er vakbondsman was. Naar aanleiding van de 20ste verjaardag van de aankondiging maakten studenten een documentaire over de sluiting. Daaruit blijkt dat sommigen nog steeds kwaad zijn. "De fabriek was winstgevend en pas vernieuwd. Het personeel kreeg stank voor dank."

Er waren op 27 februari 1997 wel al geruchten over een sluiting, maar het was secretaris-generaal Michel de Virville van de Franse Renault-groep die, vergezeld door lijfwachten, op een inderhaast bijeengeroepen persconferentie in het Brusselse Hilton-hotel de definitieve sluiting op 31 juli aankondigde. Het nieuws werd tegelijk ook op een ondernemingsraad bekendgemaakt.

De fabriek was slecht gelegen, onder het viaduct van Vilvoorde. En de lonen lagen hoog. Maar de hoofdreden was toch overcapaciteit. Vilvoorde was een van de kleinere vestigingen van de Franse autobouwer. Dat maakte dat de fabriek niet onmisbaar was. De Mégane, die in Vilvoorde van de band rolde, werd ook elders gemaakt. Renault was al sinds 1925 in Vilvoorde gevestigd.

"De solidariteit was enorm, ook van buiten de fabriek", zegt Dereymaeker. "De fabriek is vijf maanden bezet geweest. Onze grootste buit waren de 5.000 wagens op de parking. Dag en nacht hebben we aan de stakersposten gestaan. Onze strijd bracht de werkgever in een slecht daglicht. Het feit dat er uiteindelijk toch nog 400 mensen aan de slag konden blijven, is enkel en alleen dankzij die strijd geweest."

Het nieuws was ingeslagen als een bom bij personeel, politiek en bevolking. In Brussel kwamen 70.000 mensen op straat "voor de werkgelegenheid". Vooral de botte manier waarop het gebeurde, zette kwaad bloed. Een sticker met "Dit is mijn laatste Renault" sierde twintig jaar geleden veel autobumpers. Volgens Dereymaeker zijn er op vandaag nog steeds ex-Renault-werknemers die uit principe nooit nog met een Renault willen rijden.

Wie de sluiting van Renault zelf niet heeft meegemaakt, wordt er wel nog regelmatig aan herinnerd via de wet-Renault. De onverwachte en drastische sluiting van de Renault-fabriek leidde tot nieuwe regels, die van toepassing werden bij grote herstructureringen en sluitingen. Sinds 1998 moeten bedrijven die collectieve ontslagen willen doorvoeren, een procedure respecteren waarbij er verplicht alternatieven bekeken moeten worden.

Een andere herinnering aan het sociale bloedbad is het beeldhouwwerk "Strijd voor Arbeid" van Rik Poot. Het werk van 8 meter hoog, dat een gebalde vuist voorstelt, werd een jaar na de aankondiging van de sluiting onthuld op de rotonde van het kruispunt van de Woluwelaan en de Luchthavenlaan in Vilvoorde.

bron: Belga