Wrakingsverzoek in proces tegen Maaseikse filière toegekend

door
Belga
Leestijd 2 min.

Het Brusselse hof van beroep heeft het wrakingsverzoek toegekend dat was ingediend in het proces tegen dertien vermoedelijke Syriëstrijders en -ronselaars uit Maaseik. Het hele proces moet nu herbegonnen worden. Volgens de verdediging was het openbaar ministerie, een magistrate van het federaal parket, in de raadkamer van de rechtbank geweest, wat minstens de schijn van partijdigheid wekte. Spilfiguur in het dossier is Khalid Bouloudo, die in 2006 tot 5 jaar cel werd veroordeeld omdat hij samen met twaalf andere mannen een Belgische cel zou hebben gevormd van de Groupe Islamique Combattant Marocain (GICM). Die wordt verantwoordelijk gehouden voor de aanslagen in Casablanca, op 16 mei 2003, en de aanslagen in Madrid in maart 2004. Volgens het federaal parket zou Bouloudo samen met de verdachten vanuit een moskee in Neeroeteren mensen geronseld hebben om te gaan strijden aan de zijde van Islamitische Staat in Syrië en teruggekeerde strijders opgevangen hebben.

Op de laatste zitting voor de 46ste kamer van correctionele rechtbank, in december, stelde de verdediging vast dat de magistrate van het federaal parket zich in de beraadslagingskamer van de rechtbank had begeven. Daardoor was volgens de verdediging minstens de schijn van partijdigheid gewekt. Er werd dan ook een wrakingsverzoek ingediend.

De rechtbank ging niet op dat verzoek in omdat zij meende dat er geen schijn van partijdigheid was gewekt, hoewel ze moest toegeven dat de magistrate niet één- maar tweemaal in de beraadslagingskamer was geweest. Ook het federaal parket meent dat er geen schijn van partijdigheid is gewekt.

Het Brusselse hof van beroep heeft nu geoordeeld dat die schijn wel degelijk gewekt was en dat de rechters van de 46ste kamer dus moesten worden gewraakt.

bron: Belga