Deze plaatsen in Thailand mag je zeker niet missen

Na een uitgebreide rondleiding door de Thaise hoofdstad en een inwijding in de lokale gewoontes, trakteert Metro je nu op de miskende panorama's van Phetchabun en Hua Hin. De ene is een idyllisch bergstadje in het centrum van het land dat populair is omwille van zijn natuurgebieden. De ander is een bekende badplaats. En allebei beschikken ze over tal van architecturale pareltjes die typerend zijn voor Land van de glimlach.
door
Mare
Leestijd 2 min.

Phetchabun, een groene long

Phetchabun is een bergachtige provincie in het noordelijke centrum van het land. Het is vooral een populaire bestemming van de Thaise bourgeoisie die wil ontsnappen aan de luchtvervuiling van de hoofdstad. Deze regio is een van de enige plaatsen in het land waar het vaak… mistig is. Niks speciaal voor ons, Belgen, maar dit weerfenomeen wordt erg gewaardeerd door de elite van het land die graag met haar hoofd in de wolken loopt.

Langzaamaan ontdekken ook nieuwe toeristen – en dan vooral backpackers – de groene, ongerepte natuur, de bossen en de geschiedenis van deze regio.

Ongeëvenaarde rust

In de loop der jaren kreeg Phetchabun de status van oase van rust. Zowel voor mens als dier. Deze vruchtbare Thaise regio met een overvloed aan nationale parken, meren en natuurlijke watervallen krijgt almaar meer bezoekers over de vloer. Vaak komen ze voor een retraite of om het gebied natuurpark per natuurpark te doorkruisen. Tempels en heiligdommen genoeg om je af te zonderen. Wat Phra That Pha Sorn Kaew, een boeddhistisch complex midden in de bergen, is het perfecte voorbeeld.

Er worden ook heel wat begeleide expedities in de natuurparken georganiseerd. Zoals de wandel- en fietstochten door het Thung Salaeng Luang National Park, een van de uitgestrektste natuurgebieden van het land (1.262 km²). Je vindt er eindeloze weilanden, wouden en rivieren, en een heel diverse fauna met prelaatfazanten, meer dan 191 vogelsoorten en wilde bloemen in flamboyante kleuren. Een ideale plaats voor bezinning.

In de voetsporen van het communisme

In Phetchabun kan je de grootste Hmong-gemeenschap (een bergvolk) van het land ontmoeten. Ban Khek Noi Hill Tribe Cultural Village is het grootste dorp. In heel de provincie valt er trouwens niet te ontsnappen aan het communistische verleden van Thailand. Zo kan je te paard het Phu Hin Rong Kla National Park, tussen de provincies Loei, Phitsanulok en Phetchabun, doorkruisen en een vleugje militaire geschiedenis opsnuiven. Dit natuurpark was van 1967 tot 1982 de strategische basis van de Thaise Communistische Partij en haar gewapende vleugel, de People's Liberation Army of Thailand. Het is in deze bergen, op amper 300 kilometer van China, dat de revolutionaire kaders hun aanhangers trainden, die bijna twintig jaar tegen het Thaise leger vochten. Het park ligt bezaaid met militaire installaties en basiskampen uit die tijd. En de gids, een voormalige rebel die nog altijd zijn communistisch petje opheeft, neemt je met plezier mee langs het parcours van die oorlog en van de veldslagen die de topografie van de regio hertekend hebben.

DCIM105GOPRO

Kop en munt in Hua Hin

Hua Hin, 281 kilometer ten zuiden van Bangkok (zo'n 3 uur rijden), is ongetwijfeld de bekendste van deze twee pareltjes. Het is een van de populairste badplaatsen van de Thaise kust, zowel bij buitenlanders als Thai die de verzengende hitte van de hoofdstad willen ontvluchten. De stad werd verlaten na de val van Ayutthaya in de jaren 1760, en vanaf 1845 opnieuw bewoond. Dit venster op de Golf van Thailand is ontegensprekelijk een schizofrene plek: het ene moment de pied-à-terre van onvermoeibare feestvarkens, het andere een honk voor mensen die op zoek zijn naar rust op de zandstranden. Maar Hua Hin werpt zich ook meer en meer op als een stad die de liefhebbers van de culturele en architecturale wonderen van Thailand charmeert.

Vergeten ondergrondse tempels

Het is ook in deze kuststad dat koning Rama VII in 1920 het zomerpaleis van de koninklijke familie liet optrekken. Deze plek was een echte inspiratiebron voor de dynastie, die er een heleboel kloosters en tempels bouwde met het embleem van de kroon. Middenin de weelderige natuur worden die gebouwen nog gesublimeerd door kalkstenen bergen, zeedennen, moerassige mangroves en vooral de grotten vol stalactieten en stalagmieten, waarvoor de regio bekendstaat.

Ook de grot van Tham Phraya Nakhon is wereldwijd vermaard en biedt een adembenemend spektakel: een lichtschacht zet er de tempel Phra Thinang Khuha Kharuehat letterlijk in de spotlights. Dit paviljoen werd in 1890 gebouwd in de grot langs de kust van Hua Hin.

Dagelijkse offerande

De stad dankt zijn populariteit ook aan zijn traditionele vissershaven, zijn gedroogde vis, de seafoodrestaurants en het drie kilometer lange zandstrand. Elke ochtend bij het krieken van de dag schuimen boeddhistische monniken – die leven van giften – de kust af, op zoek naar gulle toeristen en locals. Die doen maar al te graag hun duit in het zakje, een bewijs van hoe belangrijk de grootste religie van het land wel is. Zo'n 95% van de bevolking is boeddhist.

In augustus liep de stad leeg na enkele terroristische aanslagen, maar intussen vinden de Thai massaal hun weg er weer naartoe, om hulde te brengen aan koning Bhumibol Adulyadej, die op 13 oktober op 88-jarige leeftijd overleed. Hij werd algemeen beschouwd als het cement van een erg verdeelde natie. Om nog meer bezoekers naar de onderschatte badplaats te lokken, wil de overheid vanaf januari een ferry inleggen tussen Hua Hin en het overbekende Pattaya.

Door Gaétan Gras