Vlaamse leerling scoort goed op wiskunde

Vlaamse leerlingen uit het vierde leerjaar blijven het goed doen in wiskunde. Voor wetenschappen halen ze echter maar een gemiddelde score.
door
Xavier
Leestijd 2 min.

De thuissituatie van Vlaamse kinderen uit het vierde leerjaar thuis, heeft een rechtstreekse invloed op hun resultaten voor wiskunde en wetenschappen. Wie in de huiskamer geen of weinig Nederlands spreekt of uit een kwetsbare gezinssituatie komt, doet het minder goed op school. Dat stelt het Trends in International Mathematics and Science Study-onderzoek (TIMMS), dat uitgevoerd werd in 49 landen.

Jongens doen het beter dan meisjes

Uit de enquête blijkt ook dat de Vlaamse kinderen hun hoog wiskundeniveau blijven aanhouden. Internationaal bevinden onze cijfertovenaars zich net onder de Aziatische toplanden en in Europa nestelen ze zich in de top. Traditioneel sterke onderwijslanden als Finland, Nederland, Duitsland en Polen scoren opvallend minder goed. De Vlaamse leerling is sterk in meetkundige vormen en metingen en minder goed in getallen en weergeven van gegevens. Volgens de studie is het verschil tussen de zwak en de sterk presterende jongeren klein en presteert slechts 1% van de leerlingen ondermaats. Jongens doen het, net als in andere landen, ook in Vlaanderen voor wiskunde gemiddeld beter dan meisjes.

Zijn lessen uitdagend genoeg?

Niets dan lof dus van de leerkracht Rekenen, maar de collega van Natuurkunde of Chemie zal minder tevreden zijn. De Vlaamse jeugd haalt slechts een gemiddelde score voor wetenschappen en Vlaanderen moet heel wat Europese landen, onder andere Finland, Polen en Duitsland, laten voorgaan in de ranking. Vooral op natuurkunde presteren de leerlingen slecht. Een mogelijke verklaring is de twijfel die bij de leerkrachten leeft. Ze voelen zich onvoldoende gewapend om "hogere-orde redeneervaardigheden" aan te bieden, stellen de onderzoekers.

Het goede resultaat voor wiskunde stemt minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) gelukkig. "Toch is er ook werk aan de winkel, vooral op het vlak van wetenschappen", nuanceert ze. "Ik werk aan een strategisch plan voor het basisonderwijs. Taal blijft een cruciale factor. Ik zet in op leraren die nog beter kunnen instaan voor de ontwikkeling van het Nederlands bij leerlingen met een andere thuistaal."