De echte gangsters achter Boardwalk Empire

door
Kevin
Leestijd 6 min.

Dat Boardwalk Empire een fantastische reeks zou worden, was vanaf het eerste moment duidelijk. Alle succeselementen zijn aanwezig: de talentvolle Steve Buscemi in de hoofdrol, de steun van legendarische regisseur Martin Scorsese en een boeiend verhaal gebaseerd op de beruchtste Amerikaanse criminelen tijdens de drooglegging van de jaren '20. Al Capone is waarschijnlijk de bekendste gangster die in Boardwalk Empire opduikt, maar een heleboel andere personages zijn ook gebaseerd op echte criminelen. Nu het laatste seizoen van Boardwalk Empire verschijnt op dvd en Blu-ray leek het ons het geschikte moment om die eens van dichter bij te bekijken.

Enoch Johnson

Enoch ‘Nucky' Johnson was de basis voor het hoofdpersonage Nucky Thompson, maar hun verhalen verschillen. Johnson was ook de corrupte penningmeester van Atlantic City en een spilfiguur in het smokkelen van alcohol aan de Amerikaanse oostkust tijdens de drooglegging. Hij maakte van Atlantic City een populair oord door prostitutie, gokken en alcohol te gedogen, terwijl dit verboden was in de rest van Amerika.

Johnson was een crimineel, maar in tegenstelling tot Thompson was hij geen echte gangster. Voor zover geweten is, heeft hij nooit iemand gedood of laten vermoorden. Hij hield zich ook niet bezig met bezig met oorlog over grondgebied. Hij was deel van het smokkelkartel ‘The Big Seven', waarin ook geweldadige gangsters zetelden, maar zijn misdaden waren vooral het smokkelen van alcohol en belastingsontduiking.

Al Capone

Ongetwijfeld één van de bekendste gangsters ooit, die dus niet mocht ontbreken in Boardwalk Empire. Capone werd geboren in Brooklyn, New York, waar hij zich opwerkte in de Five Points Gang. Uiteindelijk zou hij verhuizen naar Chicago op uitnodiging van Johnny Torrio, om daar uitsmijter en uiteindelijk de rechterhand van Torrio te worden.

Na een mislukte moordpoging op zowel Capone als Torrio, nam Capone de teugels over en werd hij baas van de ‘Chicago Outfit'. Doordat hij sloten geld verdiende, kon hij praktisch elke agent of politicus omkopen en ging hij ongestraft zijn gang in Chicago. Vooral de bendeoorlog met de North Side Gang, die de aanslag op Capone  en Torrio had uitgevoerd, leidde tot veel geweld. In 1932 werd hij in Atlanta achter tralies geplaatst voor belastingsontduiking. Hij werd nog overgeplaatst naar Alcatraz, waar hij wegkwijnde met syfilis.

Johnny Torrio

Johnny Torrio is misschien niet de meest bekende gangster, maar hij had een bijzonder belangrijke invloed op de Amerikaanse onderwereld. Elmer Irey, een ambtenaar bij het Amerikaanse ministerie van Financiën, bestempelde Torrio ooit als de slimste van alle criminelen. Torrio groeide op in New York en werd al snel een prominent lid van de Five Points Gang. Dankzij familiebanden kreeg hij van Big Jim Colosimo de vraag om hem te helpen met afpersers in Chicago. Toen Colosimo niet wou meestappen in het smokkelen van drank bij de aanvang van de drooglegging, besloot Torrio dat Colosimo in de de weg stond. Hij liet hem ombrengen en nam de touwtjes in handen in Chicago. Na een mislukte aanslag op zijn leven gaf Torrio zijn protegé Capone het volledige zeggenschap over de ‘Chicago Outfit'.

Diezelfde moordpoging was voor Torrio ook het signaal om te stoppen en terug te keren naar Italië, maar dat duurde niet lang. Na druk van Mussolini op de maffia keerde hij terug naar de Verenigde Staten, om op te treden als adviseur. Hij gaf advies aan ‘The Big Seven' en kwam ook met het idee voor een nationaal misdaadssyndicaat om bendeoorlogen te vermijden.

Charles ‘Lucky' Luciano

Lucky Luciano begon al bijzonder jong aan zijn criminele carrière. Op z'n 14de stopte hij met school. Nadat hij 250 dollar won met dobbelen besloot hij zijn geld op straat te verdienen. Hij richtte zijn eigen bende op, die zich niet met kleine misdaden bezighield. In plaats daarvan bood hij bescherming aan Joodse jongeren die werden lastiggevallen door Italiaanse en Ierse bendes. Zo leerde hij zijn partner in crime Meyer Lansky kennen.

Uiteindelijk was het Luciano die het idee van Johnny Torrio in de praktijk bracht. Hij verenigde de vijf maffiafamilies in New York en stichtte ‘The Commission', een overkoepelende criminele organisatie met onder andere de Five Families van New York en de Chicago Outfit van Al Capone. Met zijn invloed over heel wat maffiafamilies wordt hij gezien als de vader van de moderne, georganiseerde misdaad in de Verenigde Staten.

Meyer Lansky

De rechterhand van Lucky Luciano had samen met Benjamin ‘Bugsy' Siegel zijn eigen bende, die zich bezig hield met het smokkelen en dealen. Hij leerde Luciano kennen toen hij Lanksy bescherming bood tegen Italiaanse en Ierse bendes. Lansky en Luciano waren goede vrienden, werkten samen onder Arnold Rothstein en hadden uiteindelijk een ‘vruchtbare' samenwerking.

Ondanks het smokkelen zou Lansky enkel beschuldigd worden van illegaal gokken mogelijk te maken. Zijn gokkantoren en casino's werden bovendien nooit gemanipuleerd, alles verliep ‘eerlijk'. De winst haalde hij dankzij zijn diepe kennis van kansberekeningen. Het geld dat hij verdiende wist hij dankzij Zwitserse bankrekeningen verborgen te houden voor de overheid, zodat hij niet opgepakt werd als Al Capone. Het zou hem uiteindelijk de bijnaam ‘Mob's accountant' (boekhouder van de maffia) opleveren.

Benjamin ‘Bugsy' Siegel

Siegel was niet enkel een jeugdvriend van Meyer Lansky, ook Al Capone rekende hij tot zijn vrienden. Bugsy was ongetwijfeld één van de meest agressieve leden van de ‘Bugs and Meyer Mob' en zou later nog als huurmoordenaar gebruikt worden in afrekeningen van oude maffiabazen, zoals Joe Masseria.

Voor een huurmoordenaar was Siegel blijkbaar een bijzonder charismatisch en sympathiek man. Hij had heel wat bekende vrienden in Hollywood, zoals Clark Gable, Gary Cooper, Louis B. Mayer en Frank Sinatra. Na verloop van tijd wou Siegel een legitieme zakenman worden, dus hij nam het Flamingohotel in Las Vegas over. Hij pompte heel wat geld van de maffia in Las Vegas en het hotel, maar wanneer duidelijk werd dat het hotel in slechte papieren zat, werd Siegel om het leven gebracht in zijn huis in Beverly Hills. Het personage Moe Green in The Godfather was op hem gebaseerd.

Arnold Rothstein

Volgens misdaadschrijver Leo Katcher vormde Arnold ‘The Brain' Rothstein georganiseerde misdaad om tot een bedrijf. Vanop jonge leeftijd was al duidelijk wat zijn branche zou zijn: gokken. Als kind was Rothstein bijzonder goed in wiskunde en kon hij het niet laten om te dobbelen en gokken. Een korte tijd nadat hij zijn legitieme zaak begon, vertakte hij naar minder legale zaken zoals een casino en paardenrennen. Hij werd voor de rechter gedaagd voor het omkopen van de 1919 World Series Basebal, maar werd nooit veroordeeld.

In de drooglegging zag hij één grote zakelijke opportuniteit en hij besloot te diversifiëren in alcohol en drugs. Medewerkers aan zijn criminele organisatie waren ‘talenten' als Meyer Lansky, Bugsy Siegel en Lucky Luciano. Gokken was uiteindelijk ook wat hem fataal werd. Na een spelletje poker van drie dagen stond hij meer dan 300.000 dollar in het rood. Rothstein beweerde dat het spel gemanipuleerd was en weigerde te betalen, iets wat hij met zijn leven moest bekopen. Op zijn sterfbed weigerde hij zijn moordenaar bekend te maken.

George Remus

De ‘King of the Bootleggers' groeide niet op in een misdadig milieu. Op 14-jarige leeftijd werkte hij in een apotheek om zijn familie te ondersteunen, omdat zijn vader niet kon werken. Toen hij 19 was, kocht hij die apotheek en hij zou er later nog eentje overnemen. Vijf jaar later was Remus het farmaciewereldje beu en werd hij advocaat. Zijn specialisatie was het verdedigen van criminelen, vooral bij moordzaken.

In 1920 kreeg Remus in de mot dat zijn cliënten plots enorm rijk werden. Hij memoriseerde de Volstead Act (de wet die verantwoordelijk was voor de drooglegging) en ontdekte een achterpoortje in de wet. Hij kocht stokerijen en apotheken, zodat hij alcohol voor medicinale doeleinden aan zichzelf mocht verkopen. Die drankleveringen werden dan gekaapt door zijn eigen personeel, zodat hij de drank ook illegaal kon verkopen. Zo haalde hij in minder dan drie jaar 40 miljoen dollar op, een astronomisch bedrag voor die tijd. Zijn rijkdom deelde hij vaak met de lokale bevolking en hij hield exorbitante feesten. Soms wordt beweerd dat hij daarom de inspiratie was voor Jay Gatsby in The Great Gatsby.

De FBI was het niet eens met de achterpoortjes van Remus en in 1925 veroordeelde een jury hem voor meer dan 1.000 inbreuken tegen de Volstead Act. In de gevangenis vertelde hij een undercover agent dat zijn vrouw zijn fortuin beheerde. Die agent stopte onmiddelijk met zijn job, begon een affaire met de vrouw en samen liquideerden ze alle middelen van Remus. Toen Remus vrijkwam ging hij door het lint en schoot hij zijn vrouw dood. Hij verdedigde zichzelf op zijn proces en pleitte ontoerekeningsvatbaar door tijdelijke waanzin. Hij kwam ervanaf met acht maanden in het gesticht.

Je kan deze criminelen allemaal aan het werk zien in Boardwalk Empire. Het vijfde seizoen van die succesreeks ligt vanaf 18 maart op dvd en Blu-ray in de winkelrekken.